Op 27 december is het rumoerig in de lobby van de Kunsthal Rotterdam. Door de ingang bewegen groepjes vriendengroepen, stelletjes, echtparen en hele families zich naar binnen. De expositie van Machteld Rullens is van buiten het museum al te zien door de ramen heen, net als de museumbezoekers die erlangs naar beneden lopen.
De hellingbaan, waar Rullens haar werk heeft opgehangen, is eigenlijk de etalage van de Kunsthal. Het visitekaartje van het museum, dat pas aan het einde van de tour aan bod komt, in de laatste hal. De Kunsthal stelt al sinds 2011 haar vitrine beschikbaar aan jonge kunstenaars om zich uit te leven in een tentoonstelling van de serie Kunsthal Light. De kunstenaars die zijn uitgenodigd om een tentoonstelling voor Kunsthal Light te ontwerpen zijn vrij om te doen wat ze willen met deze gang en zo een site-specific werk te maken. Zij baseren hun werk dus (deels) op de ruimte die ze tot hun beschikking krijgen. Die ruimte is ontworpen met Rem Koolhaas, met een aflopende helling en licht dat van onderaf komt.
Glans door hars
Machteld Rullens (1988) studeerde aan de Koninklijke Academie Beeldende Kunsten Den Haag en het Piet Zwart Instituut in Rotterdam. Sinds haar afstuderen tien jaar geleden heeft ze veel groeps- en solotentoonstellingen gehad, en inmiddels ruim twee jaar geleden haar boek Full of Emptiness uitgebracht. De kartonnen doos vormt een onuitputtelijke bron van inspiratie voor Rullens. Voor de 31e editie van Kunsthal Light stelde zij haar werk Scrap Yard Abstraction samen en de kartonnen doos speelt ook hierin de hoofdrol. Ze gebruikte afvaldozen van de Kunsthal zelf, om precies te zijn. Het eerste doosje hangt bescheiden laag op de witte muren, maar zodra je naar onderen loopt zijn de sculpturen geplaatst op platte, gekleurde vlakken. De dozen zelf worden ook steeds platter, tot de laatste bijna een ‘normaal’ plat canvas vormt. Daar kan niets meer inzitten. Rullens heeft ze beschilderd met warm-gekleurde olieverf en vervolgens bewerkt met epoxyhars tot glanzende sculpturen. Aan een aantal van de dozen hangen de uitgeharde druppels nog. Misschien omdat ik heb gelezen dat het hars moet zijn, maar de druppels doen me denken aan de hars uit dennenbomen die ik als parfum opdeed als kind.
Alledaagse objecten
Het plezier in het maakproces is cruciaal voor Rullens. Het is daarom dan ook dat ze werkt met de afvaldozen. Die alledaagse objecten laten haar vrijer om er mee te doen wat in haar opkomt dan een schildersdoek, en dat voel je als je erlangs loopt: de gang is slordig – op een positieve manier. De dozen zijn in elkaar gevouwen, vaak nogal schots en scheef, de flappen naar buiten stekend of platgedrukt. Toch zijn ze bijna chique door hun glans. Deze dozen zijn niet langer van karton, fragiel zonder hun inhoud, maar tot robuuste objecten omgetoverd.
‘Deze dozen zijn niet langer van karton, fragiel zonder hun inhoud, maar tot robuuste objecten omgetoverd’
Het samenstellen van de tentoonstelling bleek nog een uitdaging, vertelt ze me via Instagram-DMs. De exposities van Kunsthal Light zijn dan wel bedoeld om site-specific te zijn, de architectuur is van zichzelf al zeer sprekend. Dat maakt het een opgave om het werk wat erin hangt sterk te laten uitkomen zonder dat de ruimte de boventoon gaat voeren. Het is hierom dat ze de muren heeft beschilderd: ze eist de ruimte op in deze hal, en kadert zo de dozen van een meer bescheiden grootte. Ondanks deze lastige opgave blijft Rullens speels: het was pas toen ze de muurschilderingen aangebracht had in de hal zelf, dat ze die op grote schaal zag. Ze zegt zelf dat ze het niet zo zou kunnen bedenken van achter haar computer, zoals ze de sculpturen ook niet van tevoren had uitgedacht. Die bouwt ze in de studio, waarin het maakproces voor haar heel belangrijk is.
Dirty and fresh
Ze begon ooit met haar dozen toen ze een set canvassen bestelde. In plaats van de canvassen, begon ze de dozen waar ze in verpakt waren te beschilderen, en dat is ze blijven doen. Op haar website staat een stukje van een brief die ze schreef, aan de schrijver van het essay dat onderdeel van haar boek vormt: “I enjoy the freedom that comes with abstraction or substracting a/the core. Not adding too much, not doing too little. Keeping the work dirty and fresh at the same time.” Vies maar toch fris, net als de harsdruppels. Het boek bevat naast foto’s van haar muur-dozen, ook foto’s van haar naasten en plekken die ze bezocht. Haar werk lijkt alledaags maar is daarmee niet minder simpel. Het nodigt uit om ook naar onze eigen omgeving te kijken met een andere blik. Jammer, alleen, dat er niet zo’n brief met haar achterliggende gedachten in de Kunsthal hing.
‘Vies maar toch fris, net als de harsdruppels’
Een doos hoeft niks te bevatten om waarde te hebben– eigenlijk komen ze zo veel beter uit. Precies het nemen van iets simpels en verwaarloosbaar als een verpakking geeft de mogelijkheid tot ongedwongenheid en nutteloosheid. Júist die nonchalance van Rullens is heel welkom aan het begin van het nieuwe jaar, waarin we overstelpt worden met goede voornemens. Alledaagsheid en plezier in het maken zelf, dát zijn nu mijn voornemens.
Scrap Yard Abstraction is te zien vanaf 4 december 2023 tot 14 april 2024 in Kunsthal Rotterdam.
Eindredactie door Sheline Kap