Welke politieke partij maakt ‘Parijs’ waar? Dat was de grote vraag bij het Nationaal Energiedebat, afgelopen donderdag in Nieuwspoort. Een echt debat werd het niet. Van links tot rechts konden de kandidaat-Tweede Kamerleden elkaar vinden op het gebied van duurzaamheid. Het werd de vooraankondiging van een breed gedragen Klimaat- en Energieakkoord 2.0.
“Klimaat is geen links thema.” Dat benadrukte Suzanne Kröger, kandidaat nummer 11 voor GroenLinks, donderdagavond bij het Nationaal Energiedebat van de Vereniging van Milieuprofessionals (VVM). “Ik zet me toevallig in voor een linkse partij, maar klimaatverandering is een probleem voor iedereen.” Agnes Mulder, dertiende op de lijst van het CDA, ziet samenwerking namens ‘groen-rechts’ zitten: “Laten we samen één Klimaat- en Energieakkoord 2.0 opstellen.”
Ook de andere kandidaat-Tweede Kamerleden in Nieuwspoort stemden gedurende de avond veelal knikkend met elkaar in: Frank Wassenberg (nummer 4 van de Partij voor de Dieren), Stientje van Veldhoven (2, D66) en Sharon Dijksma (4, Partij van de Arbeid).
Het Energiedebat was een ‘debat’ zoals we die deze campagne al vaker hebben gezien
Dat het CDA de hand rijkt naar een duurzamer beleid, is opmerkelijk. ‘Groen rechts’ is een term die in Nederland nog vrijwel onbekend is. De succesformule is vooral bekend in Duitsland, waar het CDU de duurzame Energiewende opeiste, en Scandinavië, voorloper op klimaatbeleid omdat de rechtse partijen hier als eerste het gelijk van de oorspronkelijk groene partijen inzagen.
Flip-flop beleid
Het Energiedebat was een ‘debat’ zoals we die deze campagne al vaker hebben gezien: zonder de VVD (wegens betaalde toegang) en de PVV (geen interesse). Maar daardoor met meer inhoud en instemming. Met een schuin oog kijkend naar de peilingen sorteren met name CDA, GroenLinks en D66 al langzaam maar zeker voor op het aankomende regeerakkoord. Zij kunnen volgens de Peilingwijzer samen rekenen op 20 tot 30 zetels winst en dromen dus van regeringsdeelname — zo bleek ook bij het Nationaal Energiedebat, dat van start ging met een ronde over centraal versus decentraal beleid.
“Door het flip-flop beleid van de laatste jaren hebben burgers en bedrijven nauwelijks een idee van waar ze aan toe zijn,” zei Dijksma. Waar de ene regering een duurzame belasting namelijk verhoogde, verlaagde de volgende die weer (en ging die daarna weer omhoog). De huidige staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu waarschuwde ook voor het lokale, nog overheersende NIMBY-sentiment: not in my back yard. Daarom is het vergroten van draagvlak onder de bevolking topprioriteit voor de PvdA.
Maar als het aan GroenLinks ligt zal de transitie snel, groots en ingrijpend plaatsvinden. “We hebben het hier over een operatie die qua grootte vergelijkbaar is met de woningvernieuwing van de jaren vijftig,” aldus Kröger. Snel was er al consensus bij de politici: centraal en decentraal beleid gaan hand in hand en zijn allebei noodzakelijk voor een geslaagde energietransitie.
Financiering
Welke grote plannen er gaan komen is natuurlijk niet de enige vraag, een andere drempel die genomen moet worden is de financiering. Itske Lulof van het Triodos Groenfonds was donderdag te gast om hier toelichting over te geven. Lulof zegt dat de beschikbaarheid van geld niet het probleem is, maar de zogenoemde financierbaarheid: er is een tekort aan financierbare projecten, omdat die volgens het oude economische model met een kortetermijnvisie zijn opgesteld. Volgens Lulof is een systeeminterventie noodzakelijk, met een nieuwe kijk of financiering, gebaseerd op langetermijnbeleid en met meer ruimte voor experimenteren.
In grote lijnen zullen alle partijen vol willen inzetten op een circulaire economie en een duurzame energievoorziening
Dijksma daarna opende de aanval op de financiële sector: “Iedereen in de maatschappij moet aan de bak voor Parijs, dus ook de banken.” Zonder aanwezigheid van de VVD hoefde ze hierop geen tegengeluid te verwachten. Volgens Dijksma heeft haar VVD-collega, minister Henk Kamp, goed werk verricht. “Hij zorgde voor het kantelpunt van de energietransitie. Maar nu moeten we door, er is veel meer nodig.”
Akkoord met groen rechts
Hoe het akkoord er concreet uit komt te zien? In grote lijnen zullen alle partijen vol willen inzetten op een circulaire economie en een duurzame energievoorziening. Er zal niet specifiek worden gekozen tussen centraal of decentraal beleid, op beide schalen is actie nodig. De kolencentrales gaan dicht, er komen meer en grotere windparken op zee, innovatie krijgt de vrije loop en het belastingstelsel wordt vergroend.
“Het eerste energieakkoord was alleen van de regeringspartijen,” besluit D66-topvrouw Van Veldhoven. “Laten we dit Energie- en Klimaatakkoord afsluiten met zoveel mogelijk partijen in de Tweede Kamer. Als de PvdA een tandje bij schakelt, GroenLinks meer investeert in innovatie en het CDA niet alleen oog heeft voor lokale initiatieven, komen we er met elkaar wel uit.” Ook de VVD lijkt, ondanks de afwezigheid bij dit debat, in te zien dat het eerste ‘groene’ kabinet onontkoombaar is en kwam op de valreep nog met een duurzaam charmeoffensief op Facebook. Het is echter de vraag of dit geen kiezersbedrog is.
Of het daadwerkelijk tot een duurzame regering komt en welke partijen hierin zitting zullen nemen, moet woensdag en daarna gaan blijken. Vooralsnog lijkt alleen een stem op GroenLinks of D66 enige zekerheid te bieden voor een serieuze klimaatagenda in Den Haag. Het is nog maar de vraag of ‘groen rechts’ ook na de campagnetijd stand houdt in de achterkamertjes.
Zie hieronder het klimaatfilmpje van de VVD: ‘groen rechts’ of kiezersbedrog?