Al honderden jaren strijden de Catalanen voor hun vrijheid en een onafhankelijke staat. Ze pleiten voor erkenning van de eigen Catalaanse taal, cultuur en tradities. De regio aan de kust van de Middellandse zee is onderdeel van de eenheidsstaat Spanje, waarbinnen ze de centrale overheid om meer bevoegdheden of macht kunnen vragen. Het beleid in Spanje is zo geregeld dat regio’s bepaalde zaken, met toestemming vanuit het nationale bestuur, zelfstandig mogen regelen. Sinds de jaren ’70 pleiten de Catalanen al voor meer beschikkingsrecht op het gebied van onder andere onderwijs en taal. Hoewel de Catalaanse cultuur de Spaanse overstemt, is de regio tot op de dag van vandaag geen onafhankelijke staat.
Het referendum
In 2017 hield de regionale overheid van Catalonië een onafhankelijkheidsreferendum over het uitroepen van de Catalaanse Republiek. Het referendum had een opkomst van 42%, waarvan 90% stemde voor afsplitsing. De Spaanse grondwet staat het niet toe om zonder toestemming af te scheiden van de centrale overheid, dus verzette de centrale regering zich tegen het referendum. De regering bestempelde het als illegaal, verklaarde het ongeldig en stuurde politietroepen om de onafhankelijkheidsverklaring in de kiem te smoren. Andrej Zaslove, politicoloog en universitair hoofddocent aan de Radboud Universiteit, vertelt over de Catalaanse onafhankelijkheidsstrijd: “Tijdens het referendum was er veel geweld. Dat is interessant, omdat Catalonië een eigen politie heeft. Als je zoiets hebt, aan welke kant staat de politie dan? Het kan snel uit de hand lopen.”
‘Het kan snel uit de hand lopen’
Het referendum in 2017 kent een lange aanloop. In de jaren ’30 laaide er een burgeroorlog in Spanje. Toen al streed Catalonië voor onafhankelijkheid. Die burgeroorlog leidde tot een dictatuur, onder Francisco Franco. Franco had een grote afkeer van de Spaanse regio’s met een grote eigen identiteit zoals het Baskenland, Galicië en Catalonië. Hij verbood dan ook alles wat een link had met de Catalaanse identiteit. Er moest Spaans gesproken worden in plaats van Catalaans, er werd gecensureerd op boeken en films en ook de Catalaanse vlag werd verboden.
In 1975 kwam het dictatorschap van Franco ten einde, en daarmee ook het verbod op de Catalaanse uitingen. Vanaf dat moment kregen de Catalanen steeds meer hun eigen identiteit terug. Catalonië mocht van Madrid zelf al veel regelen, maar wilde nog meer zeggenschap over belastingen. Dit bereikte een kookpunt in 2008, toen de economische crisis oplaaide en Spanje er financieel erg slecht voor stond. “Sinds 2008 wil Catalonië meer van hun eigen belasting overhouden, omdat zij altijd beweren superrijk te zijn. Dit geld willen zij gebruiken om voor hun eigen regio te kunnen beslissen waar er precies op wordt bezuinigd. Het werd geblokkeerd door Madrid. Er was spanning tussen de stad en de Catalanen. Daardoor zag je radicalisering [van de onafhankelijkheidsstrijd, red.],” aldus Zaslove.
Autonomie versus onafhankelijkheid
Is er iets veranderd sinds het referendum in 2017? Toen leek onafhankelijkheid binnen handbereik. Doordat het niet zo ver kwam, heerst er frustratie onder een deel van de bevolking. De strijd voor een onafhankelijke staat lijkt echter aan momentum te hebben verloren. Dit stopt de Catalaanse partij, Esquerra Republicana de Catalunya (ERC), overigens niet van het bedrijven van op onafhankelijkheid gerichte politiek: “Wij nemen een nieuwe rol in de oppositie op ons en zijn cruciaal voor de socialistische partij in Barcelona en Madrid. Deze invloed gebruiken wij om dingen als een begrotingssysteem of de overdracht van cruciale infrastructuur te bereiken voor Catalonië. Zo denken wij nuttig te zijn voor de burgers van Catalonië en meer steun te krijgen voor een nieuw referendum,” schrijft een woordvoerder dan de partij. r
‘Op alle vlakken waren ze het oneens, behalve op het vlak van nationalisme’
In Spanje hebben de regio’s dus veel zelfstandigheid en daardoor zijn de regionale verkiezingen vaak ook belangrijk op nationaal niveau. “Bij de vorige verkiezingen zie je iets interessants,” vertelt Zaslove. “Radicaal-rechts en radicaal-links die samen in een parlement zitten. Op alle vlakken waren ze het oneens, behalve op het vlak van nationalisme.” Op dat moment, na de verkiezingen van 2021, waren de regeringspartijen voor een onafhankelijk Catalonië.
De verkiezingen van 2024 laten een heel ander beeld zien. De Partit dels Socialistes de Catalunya (PSC) werd toen namelijk de grootste, een relatief Spaansgezinde partij. Zo erkende de partij het referendum uit 2017 niet en ook willen ze niet langer een onafhankelijk Catalonië. Ze zien meer in een autonoom systeem, dat binnen de Spaanse grondwet opereert. Eerder een hervorming van het Spaanse systeem dus, dan helemaal op eigen benen staan.
Domino-effect
Vergelijkbaar met Catalonië is het Baskenland, één van de andere zeventien autonome regio’s van Spanje. Ook zij hebben een unieke taal en eigen identiteit. De regio streeft, net als Catalonië, naar autonomie en onafhankelijkheid en lijkt daar succesvoller in te zijn. Zaslove legt uit: “De relatie tussen de regionale elite en de Spaanse regering is in het Baskenland anders dan in Catalonië. In het Baskenland zijn ze meer bereid om mee te werken en te onderhandelen met de regering in Madrid. Zij waren zo slim om langzaam meer bevoegdheden te krijgen, vooral wat betreft belasting. In Catalonië is de middenklasse heel sterk en tussen hen en Madrid was er altijd meer spanning. Het Baskenland werd echter altijd gezien als radicaal en gewelddadig, met sterk nationalisme. Dit zie je omdraaien. De centrale overheid heeft nu meer begrip voor de Baskische manier van onderhandelen en ziet de Catalaanse wijze meer als drammerig.”
‘Andere landen zijn ook bang voor hun kleinere nationalistische bewegingen’
Op de vraag of een onafhankelijk Catalonië op dit moment realistisch is, antwoord Zaslove van niet. “Het gaat niet alleen om Spanje, maar ook om de rest van Europa. Niemand gaat Catalonië erkennen en het toestaan. Andere landen zijn ook bang voor hun kleinere nationalistische bewegingen. Het zou een domino-effect hebben.”
Kortom, een onafhankelijk Catalonië lijkt er voorlopig niet in te zitten. Ook de bevolking lijkt andere onderwerpen voorrang te geven als ze naar de stembus gaan. Bij de laatste verkiezingen verloren de pro-onafhankelijke partijen namelijk flink en inmiddels is er een regionale regering aangesteld die inzet op meer autonomie, in plaats van onafhankelijkheid. De Catalaanse identiteit zal niet snel uit het straatbeeld verdwijnen, maar de strijd voor onafhankelijkheid is zeven jaar na het referendum wat bekoeld.
Eindredactie door Madelief Wapenaar
Cas Reuvers (24 jaar) en Anna Tiemens (20 jaar) studeren Journalistiek aan de Christelijke Hogeschool Ede. Zij zijn beiden erg geïnteresseerd in politiek en maken zowel audiovisuele als schrijvende producties. Afgelopen maand zijn ze op mediareis geweest in Catalonië en raakten ze gefascineerd door de Spaanse politiek.