Een uitwisseling naar Amerika kost je duizenden euro’s. Is dat het waard?

Beeld: Alicia Koch

21 april 2024, 13:00

Studeren aan een Amerikaanse universiteit lijkt soms meer op een commercieel verdienmodel dan een publieke onderwijsvoorziening. Toch maken sommige Europese studenten de oversteek.

Door:

Leestijd:

4 Min

Verplichte boeken voor je vakken? Die kosten je $400. Wil je in de on-campus dorms wonen? Dat wordt dan $1300 per maand, met daarbovenop de verplichte aanschaf van een maaltijdplan van $3500. De verplichte zorgverzekering kost je nog eens meer dan $2300, ongeacht of je er al een had. En dan hebben we het nog niet eens over de jaarlijkse $69.400 aan collegegeld die op voltijdstudenten van toepassing is.

Studeren in de Verenigde Staten – in dit geval Boston College – is duur. Pola Folwarczny (20), Madelene Nitzsche (25) en Callista Osakue (22) studeren er tijdens hun uitwisseling dit semester, waar ze overvallen worden door kosten waar ze aan hun thuisuniversiteit – de Universiteit van Amsterdam – niet mee te maken krijgen. “Ze maken het niet makkelijker voor studenten, door ons bijvoorbeeld gratis toegang te geven tot literatuur en andere bronnen,” vertelt Pola. Zij moest voor verschillende vakken verplicht fysieke boeken aanschaffen voor veel geld, die later in het semester alsnog online werden gezet.

Boston College voelt voor deze uitwisselingsstudenten daarom soms meer als een verdienmodel, dan als een openbare onderwijsvoorziening. Ergens klopt dat, want Boston College is een privéuniversiteit, en geen openbare universiteit.

“Er zijn ook veel openbare universiteiten,” zegt Sean Heller (23) daarover. Sean is Zwitsers, maar doet zijn volledige vierjarige bachelor aan Boston College. “Niet alle openbare universiteiten zijn even goed, maar er zitten hele goede tussen, zoals de University of Michigan. Als je een goede opleiding wil, hoef je dus niet naar een privéuniversiteit te gaan.”

Hoge kosten

USNews berekende dat het gemiddelde collegegeld voor openbare universiteiten in 2017-2018 bijna $10.000 bedroeg voor in-state studenten, dus studenten die uit dezelfde staat als de universiteit komen. Out-of-state studenten betaalden voor openbare universiteiten bijna $30.000 per jaar.

Maar ook onder openbare universiteiten zijn de verschillen groot. Zo betaal je aan de University of Michigan meer dan $17.000 aan collegegeld als je uit Michigan komt, en bijna $60.000 als je uit een andere Amerikaanse staat komt. Dat laatste bedrag is bijna evenveel als het collegegeld dat je betaalt voor Boston College, en zelfs meer dan je betaalt voor een bachelor aan de prestigieuze privéuniversiteit Harvard ($56.550 in 2024-2025). En dat zijn dus de bedragen exclusief alle bijkomende kosten voor onder andere huisvesting, studiemateriaal, maaltijden en zorg.

Voor Pola, Madelene en Callista speelden al die kosten een rol in hun beslissing om naar Amerika te komen voor hun uitwisseling. “Ik heb lang getwijfeld,” zegt Callista. Madelene heeft de hele erfenis die ze van haar oma kreeg in dit buitenlandsemester gestopt.

Wapenwedloop

Het dure onderwijssysteem zoals we dat vandaag de dag kennen ontstond rond de jaren 1970, vertelt George Blaustein, docent Amerikanistiek aan de Universiteit van Amsterdam. “Bepaalde universiteiten, zoals de George Mason University, introduceerden toen allerlei luxevoorzieningen in het leven van hun studenten.” In de jaren ‘90 escaleerden die investeringen tot een wapenwedloop met luxevoorzieningen als munitie. “Vandaag de dag is het bijna vreemd als je American College geen eigen sportschool heeft. Maar er was een tijd dat dat allemaal nieuw was.”

De luxevoorzieningen, en het idee dat wat duur is automatisch ook het beste is, hebben gezorgd voor een enorme druk op de Amerikaanse middenklasse om hun kinderen naar ‘goede scholen’ te kunnen sturen. “Universiteiten worden in Amerika geassocieerd met prestige zoals maar weinig andere instellingen in het land.” Maar er zijn ook praktische voordelen. Bepaalde bedrijven in de financiële sector, zoals consultancybureau McKinsey & Company, rekruteren vaak specifiek aan universiteiten zoals Princeton en Harvard. “In een wereld van economische ongelijkheid, is zo’n universiteit een toegangskaartje tot een bepaalde elite.”

De onhoudbaarheid van de hoge onderwijskosten wordt echter steeds zichtbaarder, beaamt Blaustein. “Mensen werken zichzelf in de schulden onder de belofte dat hun diploma ze toegang geeft tot een baan waarmee ze die schulden kunnen afbetalen. Maar in de realiteit, met onder andere economische crisissen, bestaat zo’n garantie eigenlijk niet.”

Kwaliteit

Pola herkent de prestigieuze reputatie van Amerikaanse onderwijs. “Ik heb het idee dat studeren aan een Amerikaanse universiteit heel goed staat op je CV. Maar het is interessant om te zien hoe zich dat verhoudt tot het onderwijs dat we hier daadwerkelijk krijgen.”

Callista sluit zich daarbij aan. “Mijn vakken zijn allemaal discussion-based. Dat vind ik interessant: het leert me om mijn gedachten onder woorden te brengen, en me de dingen die ik lees eigen te maken. Maar in de praktijk weigeren veel van mijn klasgenoten actief mee te doen, waardoor het niet werkt.”

Pola merkt ook dat er minder van studenten verwacht wordt. “De vragen die docenten stellen hebben voor de hand liggende antwoorden. En omdat de vragen zo worden gesteld, zijn de antwoorden ook simpel. Al verschilt dat natuurlijk wel per vak.”

Sean merkt wel een aantal voordelen van de hoge kosten voor de kwaliteit van het onderwijs. “Ik vind de kapitalistische denkwijze in een privéuniversiteit als deze prettig. Geld en middelen worden hier, net als in een bedrijf, op de efficiëntste manier ingezet.” In Zwitserland ziet hij bijvoorbeeld dat mensen lang doorstuderen, omdat het onderwijs goedkoop is en ze het zich dus kunnen veroorloven. “Maar dat is best een verspilling van middelen en van geld. In Amerika zal je niet snel studeren om het studeren, want het kost een fortuin.”

Daarnaast merkt hij dat het geld beschikbaar is om de beste professionals in te huren om les te geven. “De meeste mensen willen nu eenmaal comfortabel leven. Dus als je de beste professionals voor de klas wilt krijgen, moet je ze goed compenseren.”

Is het het waard?

Op die vraag reageren Callista, Madelene and Pola volmondig ja. “De algehele ervaring is heel goed,” zegt Callista. “Om het leven even op een hele andere plek te ervaren.” Pola: “Ik heb eerst gekeken naar Europese bestemmingen, maar die zijn voor ons als Europeanen ook toegankelijk in andere contexten.” Omdat het lastig is om een visum voor de Verenigde Staten te krijgen als je er niet studeert of werkt, vonden ze de mogelijkheid om naar Boston te gaan een uniekere ervaring.

Daarnaast benadrukken ze allemaal dat ze ook een hoop leren, ondanks hun kritiek op het onderwijs. “Het is allemaal wat makkelijker, maar het is wel nieuw,” zegt Pola. Callista vult aan: “Enerzijds is het onderwijs hier heel Amerikacentrisch. Anderzijds bén ik nu ook in Amerika, en is het interessant om ook eens naar mijn vakgebied (onderwijskunde) te kijken door die lens.”

Voor Sean is de sportcultuur die aan de universiteit verbonden is een belangrijke reden geweest om in Amerika te gaan studeren. “In Europa is het moeilijk om een sport op hoog niveau te beoefenen én te studeren. Hier is dat heel erg bij elkaar geïntegreerd. Daar komt de school spirit bij, die voel je hier overal.”

Eindredactie door Rens van der Beek

Steun Red Pers

Je las dit artikel gratis, maar dat betekent niet dat het Red Pers niets heeft gekost. Wij bieden jonge, aspirerende journalisten een podium én begeleiding. Dat kunnen we nog beter met jouw steun. Die steun komt met twee voor de prijs van één, want onze sponsor matcht jouw donatie. Geef jij ons vijf euro? Dan ontvangen wij een tientje.

Over de auteur:

Eline Spit (1998, zij/haar) studeerde Media en cultuur in Utrecht, en Amerikanistiek en Europa studies in Amsterdam. Ze houdt zich dagelijks bezig met film, theater en cultuur, en schrijft graag over de manier waarop culturele producten de maatschappij waarin zij worden gemaakt reflecteren. Vanaf januari 2024 woont en studeert ze voor onbepaalde tijd in Boston, en zal vanuit daar ook schrijven voor Red Pers.

Lees ook:

Zoeken

Nieuwsbrief

Elke drie weken houden we je op de hoogte van wat we schreven en wat we lazen in de Red Pers-nieuwsbrief.

Doneren

Wij bieden jonge, aspirerende journalisten een podium én begeleiding. Dat kunnen we nog beter met jouw steun. Die steun komt met twee voor de prijs van één, want onze sponsor matcht jouw donatie. Geef jij ons vijf euro? Dan ontvangen wij een tientje.