Op jezelf wonen is een belangrijke stap op de weg naar volwassen worden. Toch is dit voor steeds meer mensen niet meer vanzelfsprekend. Hoge huizenprijzen, schaarste, een afkeer van huren, werkeloosheid: er zijn verschillende redenen waarom jonge mensen besluiten thuis te blijven wonen. Drie Brabantse starters vertellen over hun beslissing om bij hun ouders te blijven wonen en de impact op hun leven.
Hoge huren
De belangrijkste vraag is de eerste. “Waarom woon je nog thuis?” De drie geïnterviewde heren reageren allemaal ongeveer hetzelfde. “Ik wil graag een eigen huis kopen, maar dat is op dit moment moeilijk. Ik vind huren niks. 1,200 euro kale huur weggeven waar je niks voor terug krijgt, dat is een slechte investering. Met mijn baan als agro-technisch monteur zou ik een hypotheek kunnen betalen, maar niet een die hoog genoeg is om een huis van te kopen. Met 150,000 euro koop je geen huis, ook niet bijna,” vertelt Wim Wouterse (28).
‘Met 150,000 euro koop je geen huis, ook niet bijna’
Student Jasper van den Dungen (21) beaamt dit. “Ik heb te weinig geld om een huis te kopen en kan geen hypotheek krijgen omdat ik op dit moment geen baan heb die genoeg oplevert. Ik wil ook niet lenen, maar het zelf regelen. Het zou een stuk makkelijker zijn om te verhuizen als huizen goedkoper waren, maar de gemiddelde huur komt makkelijk uit op 1,000 euro. Dat kon ik ook niet betalen toen ik een fulltimebaan als chemisch analist had.”
Niet trots
Voor Nik (31) speelt mee dat hij geen werk heeft. “Het is lastig om werk te vinden in mijn werkveld. Veel van de banen die ik graag wil zitten ver weg en ik heb geen rijbewijs. En als je geen geld hebt kan je ook niet verhuizen.” Hij is niet trots op deze situatie, wat de reden is dat hij zonder achternaam vermeld wil worden.
Ook iets vinden wat wel betaalbaar is geeft geen garantie. “Als je wel iets vindt is de eerste vraag altijd ‘wat is je inkomen?'”, vervolgt Nik. “Als ze zien dat je niet werkt, of maar deeltijd werkt, dan ben je niet de favoriet. Ze willen iemand die een vast en groot inkomen heeft, voor als de rente weer omhooggaat.” Daarnaast vertelt hij dat de prijzen veel hoger zijn dan een paar jaar geleden. “Als woningen nog steeds 300 of 400 euro per maand zouden kosten was het een stuk makkelijker geweest. Nu zijn die prijzen twee keer zo hoog.”
‘Het is geen hotel thuis’
De relatie met hun ouders is hierdoor ook anders. Nik: “Ze proberen me te pushen om iets te vinden. Mijn vader werkt vanuit huis, mijn moeder werkt niet. Daardoor zie ik ze elke dag, de hele dag. Ze vinden het niet erg dat ik nog thuis woon, maar vinden het jammer dat ik niet mijn eigen leven kan beginnen.” Volgens Jasper helpt het ook niet dat ze de hele tijd op elkaars lip zitten. “Je voert van die onnodige gesprekken. En ze zijn er ook wel een beetje klaar mee dat ik nog thuis woon. Het is geen hotel thuis.”
Wims relatie met zijn ouders is daarentegen prima. “Maar met 28 jaar is het wel eens tijd om te gaan. En het is moeders dak, moeders regels. Je eigen ding doen kan af en toe moeilijk zijn.” Dit beamen de andere twee. “Heel de nacht muziek luisteren of doorhalen is er niet bij als andere mensen moeten slapen,” vertelt Nik.
Drummen op zolder
Er zitten ook voordelen aan nog thuis wonen. Als je thuiskomt staat het eten klaar, er worden dingen voor je geregeld en de kosten zijn lager, vertellen alle drie. Daarnaast vertelt Nik dat hij het prettig vindt dat hij de ruimte heeft om zichzelf te ontwikkelen. Jasper looft vooral de ruimte die hij heeft om te studeren.
Voor Wim is ook het gezelschap belangrijk. “Je bent nooit alleen. Als iedereen straks het huis verlaten heeft is ons moeder ook maar alleen.” Creatief bezig kunnen zijn is ook een belangrijk voordeel, zegt hij. “Ik heb een zolder om muziek op te maken en omdat ik drum is dat wel fijn. Het is niet het makkelijkste instrument om te spelen als je in een appartementje woont, maar de buren hier snappen dat, kennen mij en ze hebben er geen hekel aan. Dat kan in een huurappartement heel anders zijn.”
Begrip
Hun omgeving reageert begripvol op hun woonsituatie. “Het maakt niemand veel uit. Heel veel mensen hebben hetzelfde probleem. Je gaat niet lenen, dus dan woon je niet op jezelf,” vertelt Jasper. “Ik heb het idee dat het vrij normaal is. Ik heb meer zelf het idee dat het tijd wordt – over twee jaar ben je dertig, dat kan eigenlijk niet – maar de rest vindt het prima,” stelt Wim.
‘Over twee jaar ben je dertig, dat kan eigenlijk niet’
Ook Nik kan rekenen op begrip. “De meeste mensen snappen het wel. Het hele proces van solliciteren en, als je een lange tijd niets kan vinden, teleurgesteld en niet meer zo enthousiast zijn, dat hebben meerdere mensen. Niemand van mijn vrienden denkt dat ik niks aan het doen ben.”
Geen van de jongemannen zeggen stress te hebben over straks alleen wonen. Jasper en Nik vertellen dat ze meer stress hebben van nu thuis wonen dan van straks op zichzelf wonen. Wim geeft toe dat het misschien wennen is, straks. “Maar ik kan altijd terugvallen op ma.”
Eindredactie door Anna Vink