Hoe de Vrouwenbibliotheek in Utrecht een huiskamer voor iedereen werd

Beeld: Rens van der Beek

18 mei 2023, 12:00

Auteur: Rens van der Beek

Hoe de Vrouwenbibliotheek in Utrecht een huiskamer voor iedereen werd

Beeld: Rens van der Beek

18 mei 2023, 12:00

Auteur: Rens van der Beek

Vrouwenbibliotheken zijn al ruim een eeuw een uitingsvorm van het feminisme in Nederland. In veel steden zijn ze verdwenen, maar in Utrecht werd de Vrouwenbibliotheek door vrijwilligers gered. Hoe is dat zo gekomen, en wat betekent de bibliotheek anno 2023 voor het vrouwenboek?

In een tussenwoning in Utrecht, aan de Gansstraat, waar op zaterdagmiddagen drommen voetbalsupporters in de file staan, liggen duizenden vrouwenboeken. Wie na een wedstrijd links door het autoraam tuurt, ziet in de erker van het huis een bordje staan:

Vrouwen

Bibliotheek

Open

Naast het bordje, buiten, staat een witte klapstoel met daarop een kistje vol boeken. In de erker ligt tussen de lamellen nog eens een handjevol exemplaren uitgestald.

Dat ze zich ooit zou ontfermen over deze stapels boeken had ze van tevoren niet voorzien, vertelt Marjolein Datema, de beheerder van de bibliotheek. Lezen is niet eens haar belangrijkste hobby. “Dat geloof je niet hè?”, voegt ze met een brede glimlach toe.

Wie de geschiedenis in hokjes opdeelt, zou zich erover kunnen verbazen dat de bibliotheek die Marjolein beheert nog steeds bestaat. De fysieke bibliotheek is op haar retour, en wordt voorbijgestreefd door de viraliteit van het digitale. Initiatieven als Fixdit en de Lezeres des Vaderlands, die ook Marjolein noemt en roemt, geven met een modern mediaoffensief een smoel aan het vrouwenboek.

Maar zo rechtlijnig is de geschiedenis vanzelfsprekend niet. De stenen staan, de boeken blijven liggen. De bibliotheek leeft en blijft leven.

Toch rijst de vraag hoe een wat obscure vrouwenbibliotheek, die maar een paar dagen per maand open kan zijn, en zich met minimale middelen moet bedruipen, haar eigen tijd heeft kunnen overleven. Wat voegt de vrouwenbibliotheek nog toe, anno 2023, als een van de laatste van haar soort? Hoe heeft de bibliotheek zichzelf opnieuw uitgevonden?

Een geschiedenis als een surfkamp

Vrouwenbibliotheken kennen in Nederland een lange, rommelige geschiedenis. Meevarend op verschillende feministische golven worden diverse bibliotheken in verschillende steden tot grote hoogten opgestuwd, om in veel gevallen ook weer kopje onder te gaan.

Het is een geschiedenis die al direct tijdens de eerste feministische golf, eind negentiende eeuw, begint. Neem Groningen. Daar onderhoudt de Vrouwenbond tot 1938, als de vereniging wordt opgeheven, een schakering leeskringen. De boeken die zij bespreken belanden in een bescheiden bibliotheek.

En nog een golf, en nog een golf

De zeug blijkt los. Tijdens de tweede feministische golf, in de jaren zeventig en tachtig van de vorige eeuw ontstaan, in onder meer Amsterdam, Rotterdam, Nijmegen, in Groningen, wederom, en in Utrecht opnieuw collectieven die zich voor de vrouwenzaak inzetten met in de linkerhand pamfletten en in de rechterhand romans.

Het is 1983 als in Utrecht uit de bierviltjesvindingrijkheid van vijf cafébezoeksters het idee voor een vrouwenbibliotheek wordt geboren. Na enige discussie is ook een locatie snel gerealiseerd: het Vrouwenhuis, gevestigd aan de Twijnstraat, Utrechts oudste winkelstraat, heeft een overloop van vier bij vier meter beschikbaar.

Vrouwenbibliotheek Utrecht | Rens van der Beek

In de jaren na de definitieve opening, in 1984, groeit de bibliotheek explosief. Van de oorspronkelijke 16 vierkante meter en 400 boeken naar 64 vierkante meter in 1989 en 8500 boeken in 1992.

Twist en twijfel is er vanaf de oprichting over de vraag of mannen welkom zijn. Van origine biedt het Vrouwenhuis mannen geen toegang, maar in 1990, als de bibliotheek al de belangrijkste functie van het huis is geworden, wordt besloten ze toe te laten.

Dat de bibliotheek zich tegen die tijd niet langer louter toelegt op de vrouwenzaak an sich toont ook een affiche uit hetzelfde jaar. “Veel aandacht gaat uit naar de invloed van sekse, etniciteit, klasse, religie, seksuele oriëntatie en handicap”, valt erop te lezen.

Een odyssee door de stad

De verhuizing van de bibliotheek in 1996 onderstreept haar intersectionele karakter. De bibliotheek betrekt samen met andere vrouwenorganisaties, waaronder het Buitenlands Vrouwencentrum en het Netwerk van Zwarte, Migranten en Vluchtelingenvrouwen met een Hogere Opleiding, een pand aan de Wittevrouwenkade, die aan de andere kant van de binnenstad van Utrecht ligt.

Het gaat de bibliotheek voor de wind. Er is subsidie, betaald personeel en een almaar uitdijende collectie. Ook activiteiten tieren welig: leesavonden, verhalenwedstrijden en, ter gelegenheid van het 15-jarig jubileum, een Vrouwenboekenbal.

Met het nieuwe millennium, mede door de opkomst van het internet, zet de krimp in. Op subsidies wordt meermaals gekort, sommige vervallen volledig. De bibliotheek is genoopt in 2005 opnieuw te verhuizen, ditmaal naar een kleiner pand, aan het Janskerkhof.

Het blijkt mene tekel. Binnen vier jaar moet de bibliotheek sluiten. In 2008, niet lang na Lehman Brothers, valt het zusterverband om. De vrouwenbibliotheek in Groningen is rond dezelfde tijd hetzelfde lot beschoren.

Anders dan roekeloze banken, wordt de Vrouwenbibliotheek in Utrecht niet door een overheid gered. Marjolein Datema, die samen met andere leensters van de sluiting van de bibliotheek op de hoogte is gesteld, heeft ruimte over in de wachtkamer van haar praktijk. Ze biedt aan de boeken over te nemen en zo de bibliotheek openbaar toegankelijk te houden. De organisatie stemt toe.

Rustiger vaarwater

Zo komt de bibliotheek, die na een vruchtbare odyssee door de binnenstad voor het eerst buiten de stadsmuren plaatsneemt, opnieuw in de handen van vrijwilligers. Er breekt een rustigere, behoudendere periode aan.

Dat betekent niet dat er niets gebeurt, hoewel Marjolein – het zit in haar karakter, zegt ze – de verwachtingen graag tempert. Ze verstuurt onder meer het volgende bericht: “Alvast een voorzetje: de bibliotheek is heel bescheiden van omvang en er gebeurt meer digitaal dan ter plaatse.”

Vrouwenbibliotheek Utrecht | Rens van der Beek

Ook tijdens een bezoek aan de bibliotheek spreekt Marjolein soms met lichte spot, maar ze is trots op wat er sinds het dieptepunt in 2008 bereikt is. De bibliotheek is “misschien geen spetterend gebeuren”, maar “vanaf doodgebloed wel weer helemaal opgebouwd”.

Dat de bibliotheek ook digitaal springlevend is, mag duidelijk zijn. De site van de bibliotheek wordt strak bijgehouden. Elke maand verschijnt een uitgebreide nieuwsbrief, die Marjolein zelf trouw schrijft.

Geen feministisch bolwerk

Naast de nieuwsbrief verschijnen ook regelmatig recensies, geschreven door vrijwilligers. Deels zijn de recensies een manier om aan nieuwe boeken te komen, nu voor aanschaf nauwelijks budget is. Bij uitgeverijen wordt een recensie-exemplaar aangevraagd, dat vervolgens in de bibliotheek belandt.

Ook op zichzelf zijn de recensies van belang. De Koninklijke Bibliotheek, de nationale bibliotheek van Nederland, slaat ze al geruime tijd op. Ze vormen een unieke verzameling vrijwilligersbijdragen aan de literatuurkritiek. Niet dat het daar om te doen is geweest: “Ik ben niet iets gaan doen omdat het nog niet bestond”, stelt Marjolein.

De recensenten vallen grofweg onder te verdelen in twee categorieën: jong en bevlogen, of gepensioneerd. Onder hen zijn twee mannen, van wie één, een ‘jongen’ van een jaar of 35, op een dag de vrouwenbibliotheek contacteerde: “Ik kwam erachter dat ik eigenlijk alleen maar mannen lees”, zei hij volgens Marjolein. Die leemte kon hij bij de bibliotheek vullen.

Het tekent de subtiele metamorfose die de bibliotheek sinds haar oprichting heeft doorgemaakt. Wat begon als expliciet feministisch project, werd een huiskamer voor ieder die er iets zoekt wat vrouwen betreft, of door vrouwen werd geschreven. Marjolein beaamt dat: “Dit is beslist niet alleen voor mensen die iets met feminisme hebben.”

De vrouwenbibliotheek is er simpelweg, zal er waarschijnlijk nog wel even zijn, en blijft, als de sluiting van haar deuren ooit definitief blijkt, bewaard in archieven en annalen. Voorlopig staan op donderdagen, vrijdagen en zaterdagen de woorden ‘Vrouwen’, ‘Bibliotheek’ en ‘Open’ uitnodigend onder elkaar in de vensterbank.

lees ook:

Nieuwsbrief

Elke drie weken houden we je op de hoogte van wat we schreven en wat we lazen in de Red Pers-nieuwsbrief.

Zoeken

Doneren

Wij bieden jonge, aspirerende journalisten een podium én begeleiding. Dat kunnen we nog beter met jouw steun. Die steun komt met twee voor de prijs van één, want onze sponsor matcht jouw donatie. Geef jij ons vijf euro? Dan ontvangen wij een tientje.