Aan de Amsterdamse Javakade ligt het schip Quo Vadis, met daarin een restaurant: Het Einde van de Wereld. Deze plek, waar je op woensdag en vrijdag een daghap kan eten, is een van de laatste restanten van de krakersgemeenschap uit de jaren tachtig in het Oostelijk Havengebied.
Anno 2017 is het Java-eiland in Amsterdam dichtbevolkt, rustig en rijk aan bakfietsen. Stedenbouwkundige Sjoerd Soeters baseerde het ontwerp van de woonwijk op de Amsterdamse grachten. Het eiland wordt doorbroken door smalle grachtjes met boogbruggetjes, net als in het centrum van de stad.
Ook de verscheidenheid aan gebouwen verwijst naar de oude binnenstad: Soeters liet bijna elk pand door een andere architect ontwerpen. Van over de hele wereld komen er mensen kijken naar dit goed gelukte stedenbouwkundige project. Maar nog geen veertig jaar geleden lag het Java-eiland er heel anders bij.
Het Oostelijk Havengebied was in de jaren zeventig en tachtig een desolaat terrein. De haven en scheepswerven die het vanaf de negentiende eeuw geweest waren, werden niet meer gebruikt en de grote bedrijven trokken weg. Het gebied stond vol enorme, lege loodsen en boothuizen. Het moet een griezelig en verlaten terrein zijn geweest, maar ook een terrein vol mogelijkheden. En dat was precies waar behoefte aan was in het volle Amsterdam van de jaren tachtig.
Amsterdams rafelrandje
De oostelijke haven was een van Amsterdams vele ‘rafelrandjes’. Een plek waar de stadsnomaden bivakkeerden, waar nog ruimte in overvloed was en waar het stadsbestuur nog niet alle touwtjes in handen had: essentieel voor de opleving van een mini-samenleving vol creativiteit.
In 1980 werd het eerste pand in bezit genomen door de toen florerende Amsterdamse kraakbeweging. Levantkade 10 werd het bolwerk van de krakers op het Oostelijk Havengebied. Ze stichtten in het gebied een stadsdorp met verschillende voorzieningen: een winkel, een café en later ook een restaurant.
In 1984 werd een groter pand aan de Sumatrakade gekraakt en daar werd Het Einde van de Wereld geopend: een restaurant waar op woensdag en vrijdag gegeten kon worden wat de pot schafte. Schippers, krakers, kunstenaars en reizigers kwamen samen in Het Einde van de Wereld, dat zodoende een hit werd in de Amsterdamse alternatieve scene.
Maar het Oostelijk Havengebied kon niet voor altijd een vrijplaats voor creatievelingen blijven: de gemeente had nog altijd grootse plannen voor het Java-eiland. Begin jaren negentig werd de moderne woonwijk zoals wij die kennen op het eiland gebouwd.
Niet het einde
Het Einde van de Wereld bleef bestaan omdat ook de gemeente de meerwaarde van de ontmoetingsplaats inzag en het restaurant werd ook voor de nieuwe bewoners een tweede huiskamer. Toen er echter stookolie in de grond onder het gebouw op de Sumatrakade werd gevonden, moest het restaurant toch gesloopt worden.
In plaats van dat zij Het Einde van de Wereld ten onder lieten gaan, kochten de krakers het schip Quo Vadis waarin ze hun restaurant voortzetten. Tot op de dag van vandaag kan je er elke woensdag en vrijdag eten: vlees, vega en een ‘toet’ na.
Het restaurant wordt volledig gerund door dezelfde vrijwilligers die zo’n dertig jaar geleden dit project van vrijheid en verbinding begonnen. Dompel je onder in deze tijdscapsule, waar een bijzonder onderdeel van de Amsterdamse identiteit nog altijd weerstand biedt aan gentrificatie en het grote geld.
Het Einde van de Wereld
Javakade 61
Op woensdag en vrijdag vanaf 18:00
Reserveren niet mogelijk.
www.eindevandewereld.nl
Rectificatie: in een eerdere versie van dit artikel stond ‘de Oostelijke Eilanden’. Dit is een andere plek in Amsterdam dan het Oostelijk Havengebied.