Stef Blok is terug, dit keer als coördinator sancties tegen Rusland. Hoe ga je om met politici die na het meermaals maken van laakbare fouten de weg naar Den Haag blijven vinden?
Het wilde niet vlotten met de sancties die Nederland over Rusland had afgeroepen. Iemand moest dat dus gaan rechttrekken. Diegene zou een persoon met ‘groot gewicht’ zijn, volgens Wopke Hoekstra, minister van Buitenlandse Zaken. Iemand die zich reeds heeft bewezen, iemand met kennis van zaken. Het bleek Stef Blok. Daar was hij weer.
Is er nagedacht over welk signaal die benoeming afgeeft? Dat valt te betwijfelen. Stef Blok is als politicus namelijk, op zijn zachtst gezegd, beschadigd. Om maar wat te noemen: Suriname noemde hij een failed state, de Nederlandse woningmarkt verkwanselde hij aan investeerders en onder zijn bewind werden de huurcontracten ‘flexibel’. Blok is een menselijke sloopkogel die na jaren vernietigen onherstelbare averij heeft opgelopen. Toch kreeg hij een vooraanstaand ambtelijk baantje.
Het terughalen van Blok naar de politieke contreien past binnen een trend. Acties, wanbeleid of laakbare fouten maken, hebben steeds minder vaak gevolgen in Den Haag. Enkele recente voorbeelden: na de toeslagenaffaire trad alleen Lodewijk Asscher écht af – anderen konden weer plaatsnemen in kabinet-Rutte IV, de eindverantwoordelijke incluis; wie uiteindelijk het meeste last had van Omtzigtgate, was Pieter Omtzigt zelf; het ministerie van Volksgezondheid Welzijn en Sport raakte 2 miljard euro aan belastinggeld kwijt tijdens de coronacrisis en het toenmalige hoofd van dat ministerie is nu weer minister elders. Blok past naadloos in dat rijtje: het maakt niet uit wat je doet en hoezeer je faalt, want zittenblijven mag, terugkomen ook.
Volgens de Nationale Ombudsman, Reinier van Zutphen, moet de lat die we onze overheid opleggen hoog zijn en mogen wanprestaties niet de norm worden. Dat lijkt steeds vaker wel het geval. En natuurlijk heeft dat gevolgen. Waar we ooit geloofden in de politiek, beginnen warme gevoelens langzaamaan plaats te maken voor cynisme, apathie en bovenal uitzinnige verwarring over het functioneren van de staat.
Met rationeel denken, zuivere rede en logica is politiek Den Haag niet langer te doorgronden.
Zo is politiek Den Haag iets abstracts geworden voor velen. Met rationeel denken, zuivere rede en logica is die niet langer te doorgronden. Het is een alternatieve realiteit geworden, een enigma voor iedereen behalve bestuurders. Zij begrijpen de natuurwetten die er gelden, maar de stemmer blijft confuus achter. Waarom gaan de dingen zoals ze gaan? Waarom gaat er zoveel fout en waarom zijn daar geen consequenties aan verbonden? Hoe moeten we naar ’s Nederlands bestuur kijken om haar te snappen?
Het lijkt alsof de vaderlandse politiek de absurditeit heeft omarmd. In De mythe van Sisyphus omschrijft Albert Camus het absurde als ‘de confrontatie van de mens die vraagt, en de wereld die op een onredelijke wijze zwijgt’. Volgens hem is de wereld op zichzelf niet rationeel.
Camus: ‘Wat absurd is, dat is de confrontatie tussen dit irrationele en het wanhopige verlangen naar helderheid waarvan de roep weerklinkt in het diepst van de mens.’ De Nederlandse stemmer hunkert naar helderheid, begrip en transparantie, iets om zich aan vast te klampen om de politieke wereld te bevatten. Alleen de politieke wereld geeft geen gehoor aan die hunkering. Ze is onredelijk en zwijgt.
Wat doe je dan als stemmer? Volgens Camus zijn er drie opties om met het absurde om te gaan: zelfmoord, ‘de sprong’ en in opstand komen.
‘Zijn toekomst, zijn enige, verschrikkelijke toekomst, die ziet hij voor zich en hij stort zich erin,’ schrijft Camus over zelfmoord. Als je dit vertaalt naar de politieke wereld: je maakt geen einde aan je daadwerkelijke leven, maar aan je politieke interesse en verantwoordelijkheidsgevoel als stemmer – stemmen behoort immers tot het verleden.
De tweede mogelijkheid is ‘de sprong’. Dit houdt de facto in dat je een eenvoudig antwoord op je levensvragen als waarheid accepteert. Volgens Camus komt het vaak neer op een wending tot God. Zodra je gelooft krijgt het bestaan betekenis en kan je het verklaren. Zo werkt de sprong’ in een politieke context ook, denk ik. Je bekeert je als stemmer permanent tot een politieke partij. Alle bijbehorende standpunten en dogma’s worden als waarachtig erkent, eigen inbreng is overbodig. Op al je vragen is simpelweg een antwoord vindbaar in lijn met de partijideologie – ook een soort religie.
Misschien niet geheel onverwacht, maar Camus wijst zelfmoord en ‘de sprong’ af als oplossingen, want ‘het wil zeggen dat je je erbij neerlegt. Zelfmoord is, net zoals de sprong, de meest extreme vorm van aanvaarding’.
‘Iedereen heeft evenveel kansen en mogelijkheden, het is slechts een kwestie van ze aangrijpen’
Daarom is er slechts één echte oplossing, denkt Camus: in opstand komen. Laat je niet verlammen door een schreeuwend gebrek aan antwoorden, accepteer het absurde als énige feit waarvan je ooit zeker zult zijn. Kom in opstand door te leven, door alles eruit te halen. Focus op de kwantiteit van ervaringen, in plaats van de kwaliteit. Volgens Camus zijn alle ervaringen gelijkwaardig, waardoor iedereen evenveel kansen en mogelijkheden heeft. Het is slechts een kwestie van ze aangrijpen.
Hoe projecteer je die gedachte op de Nederlandse politieke wereld? Waar de opstandige mens moet accepteren dat die nooit antwoord zal krijgen van de wereld, lijkt me dat voor de stemmer niet geheel waar. Want de politieke wereld is man made. We kunnen er dus ook invloed op uitoefenen.
Zet je af van de politieke absurditeit, neem juist géén genoegen met het uitblijven van antwoorden. De politieke wereld kan veranderen, dat is niet louter wishful thinking. En concreter, hoe dan? Door te blijven stemmen, door de barricades op te gaan, door je niet te conformeren aan de politieke realiteit en door niet in partijdogma’s te geloven. Door iets beters te eisen.
En uiteindelijk gewoon geen genoegen nemen met het feit dat Stef Blok politieke arena weer betreedt, denk ik.
Met medewerking van Willem van Dommelen