Na zeven jaar rust zijn The Strokes terug met The New Abnormal, een album waarop ze bij vlagen het niveau van hun debuut Is This It (2001) lijken te benaderen.
Al voor de officiële uitgave van hun fenomenale debuut Is This It uit 2001 werden The Strokes in één klap internationaal uitgeroepen tot aanvoerders van het retro-maar-toch-frisse rockgeluid, dat het begin van deze eeuw definieerde. The Strokes braken de weg open voor bands als de Arctic Monkeys, The Libertines en Franz Ferdinand met hun compacte rockmuziek, cynische teksten over jeugdig escapisme, en simpele maar efficiënte staccato gitaarpartijen. Frontman Alex Turner van de Arctic Monkeys zong in 2018 dan ook “I just wanted to be one of The Strokes.”
Het probleem was dat het New Yorkse vijftal Turner’s sentiment niet altijd leken te delen in de jaren na hun lancering naar de top. Bandleden Julian Casablancas en Co. begingen het afgelopen decennium de enige muzikale zonde die zwaarder weegt dan slechte muziek maken: teleurstellen. De periode na Is This It (2001) en de degelijke opvolger Room on Fire (2003) werd gekenmerkt door frictie, ruzie en een focus op soloprojecten. De albums die wel nog uitkwamen waren dan ook oninteressant en klonken ongeïnspireerd, waarop de groep zeven jaar geleden besloot om een pauze in te lassen.
The New Abnormal laat bij vlagen de onderkoelde gitaarmuziek zien waar de wereld in eerste instantie verliefd op werd.
Met de legendarische producer Rick Rubin (Red Hot Chili Peppers, Johnny Cash, Jay-Z) als spiritueel teamgenoot hebben The Strokes zich met het negen nummers tellende The New Abnormal terug geknokt naar relatieve relevantie. The New Abnormal laat bij vlagen de onderkoelde gitaarmuziek zien waar de wereld in eerste instantie verliefd op werd. De opener ‘The Adults Are Talking’ is meteen raak, met de staccato gitaarpartijen die om elkaar heen dansen en een zanglijn waarmee Casablancas wederom zijn gave voor melodie demonstreert. Op het lichte ‘Selfless’ horen we een compact popnummer waarop de virtuoze zangpartij doet denken aan Daft Punks ‘Instant Crush’, waarvoor hij in 2013 zijn stem uitleende.
Jeugdige energie
The Strokes presenteren een handvol uitstapjes naar de jaren ’80, zoals de koude synthesizers op onder andere de tweede single ‘At The Door’, een synthpop-nummer dat opbouwt naar een experimentele autotune-gedomineerde brug en outro. Voor het grootste deel wordt The New Abnormal echter gedomineerd door de klassieke schoolband-formatie: degelijke drums, efficiënte basgitaar, en twee energieke gitaren die vooral niet te veel proberen af te leiden van de charismatische zanger/frontman.
Die ruimte benut Casablancas gretig: hij levert zijn meest uitgesproken en virtuoze zangoptredens tot nu toe. Hij wisselt onverschrokken af tussen sierlijke falsetto en uitgesproken borststem, zonder zijn karakteristieke ‘cool’ te verliezen. Op bijvoorbeeld de stevige leadsingle ‘Bad Decisions’ zijn Casablancas’ schreeuwende uithalen duidelijk afkomstig van dezelfde bron van jeugdige energie als The Strokes’ eerdere publiekfavorieten ‘Last Nite’ en ‘Reptilla’. Ondanks een van Billy Idol geleende hook is dit één van de sterkere momenten op het album.
De stukjes ongefilterde studiogeluiden tussen de nummers door benadrukken dit gevoel van losheid en jeugdigheid. Alle Strokes zijn inmiddels een jaar of veertig, maar ze klinken weer als een nieuwsgierige groep jongens die het nu eenmaal heel vet vindt om samen in een band te zitten. Slim, want zo scoort The New Abnormal punten als een opbeurende, vrolijke luisterervaring.
Opgegroeid
De zwakte van The New Abnormal zit in de momenten waarop de muziek afwijkt van de jongensachtige poprock. Het new-wave geïnspireerde ‘Eternal Summer’ weigert om vaste vorm aan te nemen en slaat de experimentele plank mis. De afsluiter ‘Ode To The Mets’ heeft een hypnotische synth-lijn die verpest wordt door de totale gelijkenis met de hook van Lady Gaga’s ‘Bad Romance’. Intentioneel of niet, het leidt af.
Los van wat uitschieters overheerst een consistente kwaliteit. Ondanks de titel presenteert The New Abnormal sonisch niet veel nieuws, toch lijkt de band op te groeien. Het meeslepende ‘Not The Same Anymore’ is een omarming van verandering. “It’s not the same anymore / don’t wanna play that game anymore” benadrukt de geruststellende realisatie dat The Strokes klaar lijken te zijn met het opboksen tegen highs uit het verleden.
Op The New Abnormal horen we een band die realiseert dat dit niet altijd hoeft. Het resultaat is een compact en degelijk album, waarmee The Strokes een verfrissende grabbel doen naar hun eigen bestaansrecht. De wereld gaan ze voorlopig niet nog een keer veranderen, maar ze mogen er wel (weer) zijn.