Poverty trap
In 2016 besloot Jaira om samen met haar moeder een reis door India te maken. Tijdens deze reis ontmoette ze vier locals in de stad Pushkar: Javari, Sunil, Vikram en Vishal. De jongens, destijds 15 jaar oud, woonden in tentenkampen in de woestijn van Pushkar. Jaira leerde dat zij en de rest van de lokale bevolking tot de Dalits behoren (‘de vertrapten’), wat betekent dat ze buiten het Indiase kastenstelsel vallen. Hierdoor staan ze onderaan de maatschappelijke ladder en leven ze in intergenerationele armoede. Na een aantal nachten te hebben doorgebracht met de families op het tentenkamp besloot Jaira om samen met de vier jongens van de lokale gemeenschap ‘The Blue House Project’ op te richten om de lokale bevolking te ondersteunen door het bieden van onderwijs, werkgelegenheid en basisvoorzieningen.
De families in Pushkar zitten vast in een zogeheten poverty trap, een spiraalvormig mechanisme waarin mensen die aan armoede lijden weinig tot geen mogelijkheden hebben om hun maatschappelijke situatie te verbeteren. Jaira: “Al generaties lang leven deze families in absolute armoede, wat moeilijk te doorbreken is. Dit is voornamelijk het effect van het kastenstelsel en kansenongelijkheid die daaruit voortkomt.” Het kastenstelsel is een gesloten systeem van sociale hiërarchie waarbij groepen een vaste rangorde hebben, vaak verbonden aan specifieke beroepen. Deze indeling op basis van afkomst wordt behouden doordat mensen binnen hun eigen groep trouwen. Over de Dalits in Pushkar vertelt Jaira: “Niemand van de lokale bevolking heeft een schooldiploma en iedereen heeft hetzelfde beroep: drummer. Daarnaast verlaat niemand de gemeenschap en spelen culturele tradities zoals kindhuwelijken een grote rol in het in stand houden van het systeem.”
Impact en reflectie
Nu, op 29-jarige leeftijd, reflecteert Jaira op haar intensieve jaren van werken in India. “Op zo’n jonge leeftijd is dergelijk humanitair werk een zware last op je schouders en ben je bezig met dingen waar je leeftijdsgenoten over het algemeen niet mee bezig zijn. Het brengt mooie dingen maar het is ook zwaar.” Met de kennis van nu raadt ze anderen aan om eerst te genieten van hun jonge jaren voordat ze zich volledig inzetten voor humanitair werk. “Het is mooi wanneer idealistische mensen hun aspiraties willen omzetten in actie, maar ik zou hen aanraden om je in je twenties vooral te focussen op je eigen leven. Als je verder bent in je eigen carrière, heb je meer kennis, ervaring en middelen om een verschil te maken en iets terug te doen voor de wereld.”
In augustus viert The Blue House Project zijn achtjarige jubileum. Ondertussen is Jaira 32 keer in Pushkar geweest en is er veel veranderd voor de organisatie en haarzelf. “In 2016 begon het zo kleinschalig. Ik deed alles zelf en als ik erop terugkijk was dat heel intens.” Jaira’s doel was om de organisatie locally led te maken en dus de lokale jongens te trainen tot ze het project zelf konden managen. Vanaf hun 18e werden de jongens de eerste betaalde fulltime werknemers en lokale managers van The Blue House Project. “Door alles in samenwerking en overleg met de gemeenschap te doen heb ik een sterke band en vertrouwen opgebouwd met hun kaste. Hierdoor is het project zo ver gekomen.”
‘Het is mooi wanneer idealistische mensen hun aspiraties willen omzetten in actie, maar ik zou hen aanraden om je in je twenties vooral te focussen op je eigen leven’
Op de vraag of ze sommige dingen nu anders zou aanpakken, antwoordt Jaira: “Je moet je heel bewust zijn van culturele verschillen. Ik ben zo vaak in Pushkar geweest, maar alsnog heb je een eigen lens waardoor je de wereld bekijkt.” Jaira illustreert dit met een situatie van vijf jaar geleden waarin een van haar ‘kinderen’, een 11-jarig meisje, werd uitgehuwelijkt. “Ik kon mijn ogen niet sluiten en dat laten gebeuren, dus toen heb ik een melding gemaakt bij de Rajasthan Commission for the Protection of Child Rights.” Na de melding werd de politie ingeschakeld en moesten de ouders van het kind een grote som geld betalen. Maar: het huwelijk was gestopt. “Toch was het niet de goede manier”, vertelt Jaira. “Wie weet zijn ze daarna alsnog stiekem getrouwd. Culturele tradities zijn moeilijk te doorbreken en daarnaast moet je jezelf de vraag stellen: wie zijn wij om deze te willen doorbreken? Als buitenstaander is het niet jouw plaats om je te bemoeien met de levens van anderen, dus daar moet je heel voorzichtig mee zijn. Door instrumenten als onderwijs, werkgelegenheid en primaire levensbehoeften kun je veranderingen stimuleren bij de mensen zelf.”
Interventie versus empowerment
Steeds meer realiseerde Jaira dat duurzame verandering van binnenuit moest komen. “Ontwikkelingshulp is vaak: interventie van buitenaf,” legt ze uit. “Wat ik nu vooral doe, is zorgen dat de kinderen naar school gaan en dat de ouders een inkomen hebben door werk en skills training”. Met de opgedane kennis en ervaring besloot Jaira een nieuw project te starten als onderdeel van The Blue House Project: het Women’s Center. Hier krijgen vrouwen uit de gemeenschap de kans om vaardigheden te leren, zoals naaien en sieraden maken. “We hebben nu vijf vrouwen die vijf keer per week training krijgen,” vertelt Jaira. “Door het creëren van een veilige omgeving krijgen vrouwen de ruimte en veiligheid om zich te ontwikkelen. Dit laat het verschil tussen empowerment en interventie zien”.
Ondanks de impact van het initiatief blijft het werk uitdagend. Veel vrouwen in de gemeenschap worden thuis mishandeld door hun echtgenoten, die vaak alcoholproblemen hebben. “Vrouwen worden standaard geslagen,” zegt Jaira. “Ook seksueel misbruik binnen het huwelijk is een groot probleem, hoewel er recent wetgeving is ingevoerd die seks zonder consent binnen het huwelijk als verkrachting erkent.” Het verhaal van een jonge vrouw – Jaira’s oudste student en huidig deelneemster van het Women’s Center – die besloot haar man aan te klagen voor mishandeling, is een voorbeeld van de langzaam verschuivende mentaliteit. “Ze is de eerste in haar gemeenschap die zoiets doet,” vertelt Jaira trots. “Het is een bewijs dat empowerment werkt. Ondanks dat ze werd uitgehuwelijkt voor ze haar school kon afmaken, is ze nu zelfverzekerd genoeg om voor haar rechten op te komen.”
Toekomst en het vinden van een balans
Voor Jaira zelf is de afgelopen jaren ook veel veranderd. Zo heeft ze een overstap gemaakt van haar studie rechten naar een studie international development. Tijdens haar studie leerde ze zes uur per week Hindi, waardoor ze nu goed kan communiceren met de bewoners van Pushkar. Naast het managen van The Blue House Project werkt Jaira sinds kort fulltime voor Oxfam Novib, een Nederlandse non-profitorganisatie voor ontwikkelingssamenwerking die deel uitmaakt van Oxfam International.
Het balanceren van haar leven in Nederland en India is een voortdurende uitdaging geweest. “Ik ben altijd in contact met mensen daar, ook als ik hier ben,” zegt ze. De pandemie dwong Jaira om acht maanden niet naar India te reizen, wat haar leerde dat de organisatie nu ook zonder haar goed kan functioneren. “Het was een eye-opener. Het gaf me rust en liet me zien dat ik niet elke twee maanden daarheen hoef te gaan.”
Op de vraag wat er voor haar in het verschiet ligt, antwoordt ze: “Een mooie stip op de horizon is het tienjarig bestaan van The Blue House Project over twee jaar. Dan zijn ook de eerste twee kinderen afgestudeerd van school en gaan ze naar de universiteit. Verder zou het mooi zijn om The Blue House project ook in een ander land op te zetten. In Ghana steun ik nu een gezin en het doel is om dit uit te breiden. De problematiek die daar speelt, is anders dan in India, want het grootste probleem daar is een gebrek aan werkgelegenheid. Ook hier is dus het belangrijkste: luisteren naar de belangen en behoeften van de lokale bevolking zelf. Zij zijn de enigen die weten wat er daadwerkelijk nodig is.”
Eindredactie door Isa Reinalda