Aankomende week begint het verfoeide WK voetbal in Qatar. De commotie voor een WK was zelden zo groot vanwege mensenrechtenschendingen. Maar het komt vaker voor dat een groot sporttoernooi in een omstreden land wordt georganiseerd.
Nog nooit heeft een WK zoveel stof doen opwaaien als de editie die voor de deur staat. Het evenement, dit keer gehouden in Qatar, is de afgelopen maanden breed uitgemeten in de media, nadat het ene na het andere schandaal aan het licht kwam. Het schenden van mensenrechten, moderne slavernij en abominabele werkomstandigheden met de dood als gevolg, zijn volop belicht.
Echter, de problematiek rondom deze editie van het WK begon al jaren geleden. Ten tijde van de aanwijzing van het WK 2022 speelden er zich al uiterst eigenaardige zaken af.
Jurryt van de Vooren, sporthistoricus en auteur van het boek Nooit meer Qatar, weet te vertellen dat de verbazing groot was toen het Golfstaatje als winnaar uit de koker kwam. Voetbal leent zich namelijk niet goed voor plekken waar het kwik gemakkelijk de 40+ aantikt in de zomer. Daarnaast leken de Verenigde Staten op poleposition te liggen voor het binnenhengelen van het toernooi. Nadat de FBI en de Zwitserse politie – betrokken omdat het FIFA-hoofdkantoor in Zürich huisvest – verdachte signalen oppikten, startten zij onderzoeken en vonden al snel bewijs van omkoping.
Om het probleem van de zomerse hitte te omzeilen, bepaalde Qatar unilateraal om het evenement te verplaatsen naar de winter. Eigenhandig het hele programma omgooien nadat alle handtekeningen al zijn gezet: een staaltje contractbreuk van de bovenste plank. En dat is achteraf gezien nog maar het topje van de ijsberg van alle ellende rondom het mondiale voetbalfeest.
Omstreden voorgangers
Het is niet de eerste keer dat het WK voetbal in landen en omstandigheden wordt gehouden waar men zijn vraagtekens bij kan plaatsen. De verontwaardiging was groot toen er miljarden aan het WK van 2014 in Brazilië werden uitgegeven, terwijl een groot deel van de eigen bevolking in favela’s in barre omstandigheden leefde, iets wat ook gold voor het gastland van 2010: Zuid-Afrika. Het WK van 2018 in Rusland was eveneens discutabel. De wijze waarop het land werd aangewezen als organisator was dubieus en vele landen vroegen zich hardop op af of ze wel naar het land dat kort daarvoor De Krim met veel geweld had geannexeerd moesten gaan. Het meest schrijnende voorbeeld van een WK dat aantoont dat mondiale sportevenementen nooit enkel over sport gaan komt uit 1978. Deze editie werd gehouden in Argentinië, destijds een militaire dictatuur onder leiding van Jorge Videla. Zijn bewind was onder andere verantwoordelijk voor de verdwijning van meer dan dertigduizend mensen en de beruchte baby-ontvoeringen.
In zekere zin zijn er parallellen te trekken tussen deze editie in Argentinië en de aanstaande editie in Qatar. Net zoals er nu Nederlandse supporters (op kosten van het gastland) worden ingevlogen om Qatar door middel van social-mediaposts in een positief daglicht te stellen, liet Argentinië journalisten invliegen om die vervolgens op binnenlandse persreisjes te sturen en het gastland op te hemelen. Echter, de middelen die Qatar heeft zijn veel grootschaliger. Van de Vooren vertelt: “Toen ik een klein jongetje was, hadden we slechts twee televisiekanalen: Nederland 1 en 2. Nu is het media-aanbod oneindig.”
Hij stipt tevens een ander verschil tussen de twee evenementen aan: “het debat speelt zich nu eindelijk ook in de sportwereld zelf af”. Acties zoals het steun-filmpje van het Australische voetbalteam en de speciale shirts waarin Denemarken zal spelen op het WK, tonen aan dat deze discussie is doorgedrongen tot binnen de kleedkamers van het voetbal.
“Als je echt fundamenteel wat wilt veranderen binnen de sportwereld, moet je nadenken over hoe je deze wereld zo kunt organiseren dat buitenstaanders kunnen ingrijpen in geval van verstrekkende beslissingen.”
Sportswashing
Dus, waarom worden sportevenementen als het WK voetbal en de Olympische Spelen dikwijls gehouden in landen waarin de koffie die wordt geschonken niet helemaal zuiver is? Een mogelijk antwoord op deze vraag is het fenomeen Sportswashing: het oppoetsen van het eigen imago door middel van het organiseren van grote sportevenementen. “Qatar weet ook dat hun natuurlijke bronnen eindig zijn en dus zal er een moment gaan komen waarop de toekomst van Qatar op een andere manier moet worden ingevuld”, constateert Van de Vooren. Via de zelfpromotie probeert de Golfstaat dus om alvast in te spelen op de toekomst en uit andere vaatjes te gaan tappen, bijvoorbeeld toerisme.
Maar landen die zich wenden tot Sportswashing begeven zich tegelijkertijd op glad ijs. Het is de uitgelezen kans voor tegenstanders van de regimes die dit soort evenementen organiseren om zich kritisch op te stellen. Zo ging Amnesty International de barricade op tijdens het WK 1978 in Argentinië en boycotte het Westen de Olympische Spelen van 1980 in Moskou uit protest tegen de Sovjet-inval in Afghanistan.
Naast alle negatieve geluiden, moet worden toegegeven dat de aandacht die Qatar heeft gekregen ook tot positieve ontwikkelingen heeft geleid. Het bewustzijn over de omstandigheden van gastarbeiders in Qatar was niet zo groot geweest, had het land het WK niet georganiseerd.
“Sport is frontgebied voor politieke strijd.”
Voor de toekomst schetst Van de Vooren een weinig rooskleurig beeld. Sportswashing zal door landen blijven worden gebruikt om zichzelf te promoten. Bovendien heeft de FIFA geen partij die tegenwicht kan bieden in zowel het veld van internationale sportorganisaties als binnen de organisatie zelf. Er is geen scheiding der machten en dat maakt de FIFA tot hegemonie. Waar in natiestaten de regering wordt gecontroleerd door parlementen, bestaat zo een mechanisme helemaal niet binnen de FIFA. Er is geen onafhankelijk orgaan binnen deze organisaties die het bestuur op de vingers kan tikken indien zij over de schreef gaan. “Als je echt fundamenteel wat wilt veranderen binnen de sportwereld, moet je nadenken over hoe je deze wereld zo kunt organiseren dat buitenstaanders kunnen ingrijpen in geval van verstrekkende beslissingen”, dringt Van de Vooren aan.
Kortom, een kijkje in het verleden van mondiale sportevenementen en de huidige controverse rondom het WK voetbal in Qatar bewijst dat dit soort evenementen nooit enkel over sport gaat. “Sport is frontgebied voor politieke strijd”, aldus Van de Vooren. Neem daarbij het feit dat er geen groter podium ter wereld bestaat dan mondiale sportevenementen als het WK voetbal en het wordt duidelijk waarom bepaalde landen dit soort evenementen zo graag organiseren.
“Er is maar één podium groter dan WK’s en de Spelen: oorlog. Maar dat organiseer je liever niet.”
Met medewerking van Willem van Dommelen