Morgen is de laatste dag dat Amerikanen mogen stemmen voor de tussentijdse verkiezingen. De Democraten verdedigen hun minieme meerderheid in het Huis van Afgevaardigden. In de race om het 13e kiesdistrict van de staat Illinois spant het er nog om. Wat doen de lokale Democraten in de laatste dagen om een verkiezingsnederlaag af te wenden?
Op vrijdagochtend zitten Emily Wollet (21) en Niels Ras (26) in de auto naar het lokale campagnekantoor van Nikki Budzinski in Springfield. In de hoofdstad van de staat Illinois, gelegen in het 13e kiesdistrict voor het Huis van Afgevaardigden, neemt de Democraat Budzinski het op tegen haar Republikeinse opponent Regan Deering. Emily, een studente politicologie woonachtig in een voorstad van Springfield, en Niels, een Nederlander die net zijn master in Chicago heeft afgerond, zijn werkzaam als field organizers voor de campagne van Budzinski.
Ze zijn wat aan de late kant. Al rijdend wordt er ingebeld voor de eerste vergadering van de dag. “Nog vijf dagen tot de stembussen sluiten,” horen ze Johnathan (31), één van de managers van de campagne, vertellen. Al sinds april zijn ze hier bezig. Eerst met het werven van vrijwilligers voor de campagne en later ook met langs de deuren gaan om de lokale bevolking bekend te maken met de naam Budzinski en haar platform. In die laatste dagen moet er geoogst gaan worden. Het enige waar het nu nog om draait is ‘get out the vote’.
Nek-aan-nekrace in peilingen
Als Amerikaanse metropolen het middelpunt van de aandacht zijn, dan zijn ze dat in ieder geval niet gedurende verkiezingstijd. Grote steden als Chicago zijn bolwerken van Democraten. Verkiezingen zijn daar nog slechts een formaliteit. Ruim drie uur verderop in Springfield is dat wel anders. De uitslag in dit district ligt nog verre van vast.
De opiniepeilers van de Cook Political Report hebben deze race gecategoriseerd als neigend naar de Democraten. Die lichte meerderheid voor de Democraten moet echter bezien worden in de context van zeer kleine verschillen in de peilingen: een paar procentpunten binnen de foutmarges meer in de richting van de Republikeinen dan voorspeld, en ook zetels in deze categorie zijn in gevaar voor de Democraten.
Tijdens de midterms worden het hele Huis van Afgevaardigden en een derde van de Senaatszetels herkozen, net als een waslijst aan functies op statelijk niveau (van gouverneur tot sheriff). In het Congres hebben de Democraten beide kamers in handen, maar het lijkt erop dat ze die in het Huis gaan verliezen. Hoeveel is er van die spanning te merken in een campagne die medebepalend is voor de hoeveelheid bestuurlijke slagkracht in de tweede helft van Biden’s presidentschap?
Op zoek naar de Democratische kiezer
Op het eerste gezicht is de druk bij Emily en Niels niet direct voelbaar. In de middag is er wel een Zoom call waarin campagnemedewerkers over het hele land moed worden ingesproken door Nancy Pelosi, de leider van de Democraten in het Huis, maar verder is de sfeer ogenschijnlijk luchtig. Er wordt gegrapt over de schaarse hoeveelheid snacks, en al rustig vooruitgeblikt op wat iedereen na afloop van de campagne gaat doen.
Hoe groter de kans dat een kiezer een Democratische stemmer gaat zijn, hoe groter de kans op een telefoontje of bezoek-aan-huis
Dit is echter de stilte voor de storm. Aan de vooravond van het laatste weekend voor election day moet worden gezorgd dat alles gereedstaat: vrijwilligers die in het weekend langs de deuren gaan, worden gebeld om te bevestigen dat ze komen (de weersvoorspellingen zien er niet best uit); er wordt uitgestippeld langs welke huizen zij moeten gaan; en er worden systemen opgetuigd om alle data die tijdens dat door knocking worden verzameld vast te leggen.
Data. Daar drijven de campagnes hier op. En dat gaat verder dan wat houtje-touwtje statistieken. Dit mag dan een lokaal kantoortje zijn, ze worden hier ondersteund door de omvangrijke campagnemachine van het nationale partijbureau, die over honderden miljoenen beschikt om over de toonbank te smijten.
In het hele land wordt gewerkt met een database waarin is vastgelegd in welke huizen waarschijnlijke Democratische stemmers te vinden zijn. Geslacht, etniciteit, leeftijd, eerder stemgedrag, campagnedonaties, en nog een hele reeks andere gegevens: hoe groter de kans dat een kiezer een Democratische stemmer gaat zijn, hoe groter de kans dat ze een telefoontje of bezoek-aan-huis mogen verwachten in de komende dagen.
In Amerikaanse verkiezingen draait het altijd om opkomst: welke partij is het best in staat zijn achterban op te trommelen om naar de stembussen te gaan. Voor de Democraten is dat een extra uitdaging, legt Johnathan uit, omdat hun kiezers graag het hof gemaakt worden: “Republicans fall in line, Democrats fall in love.”
Emily krijgt een aantal vellen papier in haar handen gedrukt: alle namen en telefoonnummers van kiezers die een aanvraag hebben gedaan om hun stem per post uit te brengen, maar deze nog niet ingeleverd hebben. Die informatie is publiek beschikbaar en met behulp van de database kan handig worden uitgevogeld wie van hen potentiële Democratische stemmers betreffen. Eén voor één worden mensen telefonisch vriendelijk herinnerd aan het aanstonds sluiten van de stembussen.
Handen uit de mouwen
Een dag later begint het echte handwerk. Op het partijkantoor is het een komen en gaan van vrijwilligers die enveloppen met flyers meekrijgen om langs de deuren te brengen. Dat is niet alleen ten behoeve van de campagne van Budzinski. Het lokale partijbureau heeft zich tegelijkertijd ook nog te bekommeren om een hele trits aan andere races. Zo staan ook de Senaatszetel en het gouverneurschap van Illinois op het spel.
Eén van de vrijwilligers die zaterdag langs de deuren gaat is Barb. Ze vraagt specifiek om de flyers van Doris Turner, een kandidaat voor lokale functie. Vandaag gaat ze de wijk in waar Turner, een goede vriendin van haar, zelf vandaan komt. Het lijkt dan ook logisch dat in veel van de tuinen daar een campagnebord van Turner prijkt. Maar bij een van de tuinen met zo’n bord vertelt de inwoner dat zij überhaupt niet van plan is te stemmen, terwijl haar moeder, die het bord er heeft geplaatst, er eigenlijk nog helemaal niet over uit is naar wie haar stem gaat.
Gesloten deuren
Dat zijn de spaarzame momenten dat er überhaupt wordt opengedaan. Net als alle andere vrijwilligers blijft de overgrote meerderheid van de deuren voor Barb gesloten. Het is zaterdagochtend en dat betekent dat de gemiddelde Amerikaan drukker bezig is met football dan met politiek. Bij de allerlaatste deur op de lijst is het toch nog raak. De inwoner van een huis dat aangemerkt staat als Democratisch verklaart alleen dat ze na jaren van plan is om Republikeins te stemmen. De Democraten hebben niets voor haar betekend. “Wat zeg je daar dan op,” vraagt Barb zich bijna wanhopig af.
‘Democratie is niet wat mensen bezighoudt. Het gaat over wat mensen in hun mond krijgen.’
Ook Emily en Niels zijn de straat op gegaan, vergezeld door hun vriend Zach Lee (23), die zelf werkzaam is voor de campagne van de Democratische kandidaat voor openbaar aanklager voor Illinois, maar zich door zijn vrienden heeft laten overtuigen om hen vandaag te helpen. Ze verzamelen op het partijkantoor, waar de aanwezigen in de tussentijd zelf ook aandachtig de football wedstrijden op een groot televisiescherm volgen.
Vanaf daar stappen ze in de auto richting Collinsville, op anderhalf uur rijden, waar ook deuren moeten worden afgewerkt. Alhoewel de gedachte achter het Amerikaanse districtenstelsel een nauwere band tussen politicus en kiezer is, strekt dit kiesdistrict zich uit over een afstand groter dan Amsterdam-Maastricht.
Angst voor de democratie
Wat motiveert al deze vrijwilligers en medewerkers om zich in te zetten voor deze campagnes? Politiek Washington is nooit ver weg, maar zelden gaat het over het landelijke plaatje. Ondanks de sombere nationale vooruitzichten voor de Democraten, gaat hier de meeste aandacht uit naar de races die hier gewonnen moeten worden.
Soms hoor je wel iets over abortus of sociale zekerheid voorbijkomen. Dat de Republikeinen een waslijst aan kandidaten op het stembiljet hebben staan die de uitslagen van de presidentsverkiezingen van 2020 in twijfel trekken, komt maar spaarzaam terug in de gesprekken. “Democratie is niet wat mensen bezighoudt,” heeft Johnathan al gezegd. “Het gaat over wat mensen in hun mond krijgen.”
Aan het eind van de ochtend, wanneer Barb bijna honderd huizen heeft afgevinkt, komen haar zorgen om die ontwikkeling toch naar boven drijven. Ze heeft zich al vaker als vrijwilliger in campagnes ingezet. Nu twijfelt ze echter over de richting waar haar land naar af dreigt te glijden. Eén ding zegt ze zeker te weten: “Als Trump in 2024 terugkomt, dan zijn mijn man en ik écht weg.”
Met medewerking van Ciska Molenaar