De gemeenteraadsverkiezingen staan in de schaduw van geopolitieke spanningen. En wereldwijde problematiek, daar kan een lokaal politicus slechts weinig mee. Toch?
Of ik een column over de gemeenteraadsverkiezingen wilde schrijven. Natuurlijk, dacht ik, al zou het een uitdaging worden. Want in ’s Hollands weelde aan opiniemakers zijn nagenoeg alle open en gesloten deuren reeds ingetrapt.
Misschien kon ik duiden wat er allemaal mis is met de lokale politiek, aan de hand van mijn thuishaven Rotterdam? Dat zou de uitgelezen mogelijkheid zijn om de schreeuwend lege campagnevideo van Vincent Karremans te fileren. Dan kon ik zeggen dat het slechts een gelikt stukje film is, waarin problemen enkel worden benoemd, maar waaruit geen enkele concrete oplossing of überhaupt verfrissend idee blijkt. Een ideologische lacune, zo zou ik het dan noemen.
Ik had ook een positief verhaal kunnen schrijven. Voor de verandering geen zwartgallig beeld schetsen maar vurig opdreunen waarom de gemeenteraadsverkiezingen betekenisvol zijn. Dat er in de gemeenteraad over veel meer dan alleen nieuwe fietspaden of stadsparken wordt vergaderd, dat gemeenten steeds meer verantwoordelijkheden hebben door de decentralisatieslagen van de afgelopen dertig jaar. Al lag ook hier een ietwat sombere analyse op de loer, besefte ik spoedig.
De conclusie van het stuk, zo nam ik mij voor, zou in ieder geval nagenoeg hetzelfde zijn los van de uiteindelijke invalshoek: stem! Om welke reden dan ook.
Ik faalde hopeloos in het uitschrijven van mijn gedachten. Niet omdat het lastig was om een opinie te vormen – welke Nederlander heeft er nu niet te pas en te onpas een matige opinie klaarliggen? – maar omdat het simpelweg irrelevant leek. Van secundair belang, vanwege de blauw-gele olifant in de kamer.
Het toch al niet al te sexy onderwerp lokale politiek verbleekte naast de Russische invasie van Oekraïne en de onderliggende angst dat er een aantal kernkoppen richting het Westen zouden worden gedirigeerd. Mijn toch al beperkte spanningsboog werd opgeëist door video’s van clusterbommen, burgerdoden en huilende kinderen die zonder ouders de Pools-Oekraïense grens overstaken. De verkiezingsbeloftes van parttime politici moesten wachten.
Vandaar dat ik met (aspirerende) gemeenteraadslieden te doen heb. Niet omdat ze mijn aandacht niet hebben, die kunnen ze best missen, maar omdat de aandacht van het gehele land een beetje ontbreekt. Pijnlijk, want dit is het moment waar zij al tijden naartoe leven, met de oprechte motivatie iets goeds te betekenen voor hun gemeente.
Maandenlang is er in achterkamertjes onder deerniswekkende systeemplafonds nagedacht over gewiekste campagnestrategieën en potsierlijke slogans voor op verkiezingsposters. En nu het culminatiepunt daar is, staat al hun harde werk in de schaduw van de genadeloze nukken van een despoot.
Het gevolg is profilering op een geopolitiek onderwerp terwijl dat bij uitstek niet is waar gemeenteraden mee bezig zijn. Je fel tegen Poetin uitspreken, met Oekraïne-vlaggetjes strooien op Twitter of juist ervoor kiezen om een Kremlinspreekbuis te zijn: raadsleden tonen graag aan welke zijde van de geschiedenis zij staan, maar met lokale politiek heeft het weinig te maken.
Toch? Het lot wil dat de mondiale realiteit zich tot lokale politiek laat vertalen: wat te doen met Oekraïense vluchtelingen? Dat ze welkom zijn staat vast. Zelfs Geert Wilders verklaarde zich solidair met gevluchte Oekraïners – al moest er natuurlijk wel een xenofobe anti-islamuiting in de steunbetuiging staan. Waar, hoe en hoe lang Oekraïense vluchtelingen moeten worden opgevangen, die discussie zal met de dag feller worden.
Tijdens de aankomende gemeenteraadsverkiezingen stem je niet alleen over fietspaden, de geestelijke gezondheidszorg, woningbouw, messengeweld onder jongeren, dat ene nieuwe café aan het eind van de straat of wat er dan ook in jouw gemeente mag spelen. Je stemt ook over hoe er met Oekraïense vluchtelingen zal worden omgesprongen in jouw gemeente. Of ze voor onvoorwaardelijke tijd in een sporthal slapen, of dat er naar een structurele oplossing wordt gezocht.
Zo ga ik mijn column toch beëindigen hoe ik mijzelf had beloofd, met een oproep om te gaan stemmen, aan jou. Bij deze dus.