Redacteur Juliët Boogaard ziet dat het rustiger is in Amsterdam nu de nieuwe coronamaatregelen zijn ingevoerd. Toch proberen ondernemers én toeristen er het beste van te maken. ‘Altijd blijven lachen.’
Afgezien van een hoop duiven, een paar plukjes mensen en twee hotdogkramen is de Dam in Amsterdam zondagmiddag leeg. De Kalverstraat oogt wat drukker, maar wie er weleens op een zondag vóór de uitbraak van het coronavirus kwam, ziet vooral de ongewone hoeveelheid ruimte in de straat.
Duidelijkheid
Mensen zijn bang, zegt Salvador Giordano vanuit zijn hotdogkraam, die al jarenlang een vast gezicht op de Dam is. “Dat is logisch: corona is geen grapje.” Hoewel hij minder klanten heeft sinds de persconferentie van vorige week, is de vrolijke Italiaan – “altijd blijven lachen” – blij met de maatregelen. “Mensen hebben duidelijkheid nodig. Na de versoepelingen merkte ik aan de drukte hier: als je ze een vinger geeft, pakken ze je hele hand.”
Vanwege toenemende coronabesmettingen en ziekenhuisopnames kondigde het kabinet vorige week dinsdag strengere maatregelen af, waaronder het sluiten van de horeca en afschaffen van koopavonden. Wederom werd opgeroepen: blijf zoveel mogelijk thuis en vermijd drukte. In het drukbezochte centrum van Amsterdam vindt die oproep gehoor.
Geen klanten in de Kalverstraat
Even verderop in de Kalverstraat, ter hoogte van het Spui, staat Mariana Garcia de Los Santos kleurrijke oorbellen, doekjes en – geheel in de tijdgeest – mondkapjes te verkopen op een klaptafeltje. Daarmee breekt ze de wet, zegt ze schuldbewust, “maar ik moet wel, dit is mijn enige inkomstenbron.” Soms wordt ze weggestuurd, maar vandaag is ze nog geen agenten tegengekomen.
“Hier is nog wat vrijheid”
Ondanks die onzekerheid is De Los Santos blij hier te zijn. “Ik kom uit Argentinië, daar mag je helemaal niets meer, hoor ik van familie. Hier is nog wat vrijheid.” Veel verkopen doet ze niet: “Er zijn weinig toeristen meer. Mensen lopen hier vooral langs als ze onderweg zijn, niet om te winkelen.” Dat merkt Zinoun Saleh van souvenirwinkel Bazar ook. In de winkel is geen enkele klant te bekennen. “Het is stil in de Kalverstraat”, zegt hij.
Toeristen blijven weg
Volgens Saleh denkt zijn baas er zelfs aan een van de twee winkels – de ander staat aan het Damrak – te sluiten. “We verkopen bijna niets meer.” Voor Saleh waren de nieuwe maatregelen een extra harde klap: hij organiseert muziekevenementen, met elektronische muziek uit Syrië. Dat kon eindelijk weer een beetje beginnen. De souvenirwinkel is een bijbaan. “Nu probeer ik hier wat meer uren te maken. Maar als een van de vestigingen moet sluiten, zal dat weer minder worden.”
De Italiaanse Mario Russo en Francesco Panicola, twee van de weinige toeristen in de straat, waren al vóór de laatste persconferentie in Amsterdam. “Anders waren we denk ik niet gekomen,” zegt Russo. Ze kwamen eigenlijk niet voor vakantie, maar om werk te zoeken. Dat blijkt nu lastig, dus hangen ze alsnog de toerist uit. Daarbij profiteren ze van de rust: “Wij zijn niet zulke feestgangers. We vinden het vooral leuk dat we nu rustig de oudste plekken van de stad kunnen verkennen.”
“We hebben niet zoveel te doen nu. Speel zelf ook maar een potje, zei de baas”
Alleen nog poolen op het Spui
In de kroegen en eettentjes op en rond het Spui is het ook stil. De meeste zijn dicht, een enkele is open voor afhaal, maar bij slechts één kun je als gast nog terecht: The Poolbar, in de Voetboogstraat. Zolang je eigen consumpties meeneemt – géén alcohol – kun je hier nog een potje poolen. Nu het bargedeelte afgesloten is, wordt The Poolbar namelijk gezien als sportlocatie met doorstroom. The Poolbar mag dagelijks dertig mensen tegelijk verwelkomen.
“Maar gemiddeld hebben we er sinds de nieuwe maatregelen maar veertien op een dag binnen, vaak niet meer dan vier tegelijk”, zegt barman – nu zelfverklaard ‘ballenman’ omdat er alleen nog maar poolballen over de bar heen gaan – Roel Dijkstra. Op dat moment zijn twee van de acht tafels bezet, waarvan één door Dijkstra en collega Myron Willemse zelf. Dijkstra: “We hebben niet zoveel te doen nu. Speel zelf ook maar een potje, zei de baas.”
Het papiertje op de deur – ‘bar dicht, pool open!’ – trekt nog niet veel mensen. Daarom bestaan de werkzaamheden voor Dijkstra en Willemse nu vooral uit poolen en steggelen over de juiste spelregels. “Je zou denken dat we die wel kennen, maar we zijn het nooit met elkaar eens”, zegt Willemse grijnzend. Het lachen is hem – net als de vrolijke Salvador Giordano van de hotdogkraam op de Dam – nog niet vergaan.
Met medewerking van Eva Prakken.