Met het terugtrekken van de Amerikanen uit Syrië valt de strategische kaart van het Midden-Oosten opnieuw op te tekenen. Voor Iran betekent dit een directe landverbinding met Libanon aan de Israëlische grens. Wat betekent dit voor de Iraanse dreiging aan het adres van Israël?
In december verdreven pro-Iraanse troepen de laatste overblijfselen van IS naar Idlib, Syrië. Tijdens de kerst kondigde president Trump daarom aan dat de Amerikaanse soldaten ‘naar huis’ gaan. Voor Trump zit de Amerikaanse missie er nu op. De Amerikaanse aanwezigheid in Syrië vormt nu het laatste ‘obstakel’ voor de vervolmaking van de door Iran langgewenste ‘landbrug’ – een overlandse route vanuit Iran naar Libanon, en dus door Syrisch grondgebied.
Met zo’n landbrug is het voor Iran makkelijk om voorraden en troepen te vervoeren naar de Israëlische grens. Vanuit buurland Libanon kan Iran dan dreigen met een directe grondaanval. Zoals Afshon Ostovar in de Frontline-documentaire Bitter Rivals erkent, levert dit een direct gevaar voor Israël op: “Het vernietigen [van de staat Israël, red.] is een ideologisch doel, het is een politiek doel en het is een doel dat ze langzamerhand en geleidelijk bereiken. Het terugtrekken van de Amerikanen is daarmee de sleutel voor Iraanse invloed op de regio.”
Ondertussen refereren de geestelijk leiders van Iran doorgaans aan Israël en de Verenigde Staten als ‘kleine’ en ‘grote satan’
Ironisch genoeg onderkent Washington deze dreiging niet. Ondanks de voortdurende beloften van Donald Trump om Iran op dit punt te confronteren, heeft hij niets gedaan om deze ontwikkeling te voorkomen, ongedaan te maken of zelfs maar Iran te erkennen als serieuze bedreiging voor de fragiele stabiliteit van de regio.
Hoewel onlangs bleek dat de Israelische luchtmacht in het geheim aanvallen heeft uitgevoerd op Syrische doelen, is het Israël niet gelukt het tij te keren. Zo klaagt Netanyahu nog steeds luidkeels over de invloed van Iran en Hezbollah in Syrië.
Kleine Satan en Grote Satan
Ondertussen refereren de geestelijk leiders van Iran, ook wel ‘Ayatollah’ genoemd, doorgaans aan Israël en de Verenigde Staten als ‘kleine’ en ‘grote satan’. Deze Ayatollah hebben vergaande invloed op de buitenlandpolitiek van de Islamitische Republiek. Met antiwesterse en fundamentalistische retoriek verving de eerste Ayatollah tijdens de Islamitische Revolutie van 1979 de koning en verklaarde Israël en de VS direct tot belangrijkste staatsvijand. Later riep president Ahmadinejad op om een ‘einde te maken’ aan de staat Israël. Diezelfde Ahmadinejad is overigens een notoir Holocaustontkenner.
De belangrijkste reden voor de wederzijdse haat tussen de landen ligt in de geschiedenis. De Verenigde Staten hielp de bloeddorstige ‘koning van Iran’ in het zadel, zodat men kon rekenen op Iraanse olie. Toen deze koning, de ‘Shah’, eenmaal was afgezet, hebben de Amerikanen hem politiek asiel geboden. De Ayatollahs zien dit tot op de dag van vandaag als publiekelijke vernedering voor Iran. De haat jegens Israël houdt hiermee verband omdat volgens Iran Israël een product is van Amerikaanse makelij. Daarbij speelt de onderdrukking van moslimbroeders en de bezetting van het Heilige Land een belangrijke rol.
Hezbollah: strijders voor de Ayatollah
Hezbollah uit Libanon en Iran weten elkaar te vinden als het gaat om de haat jegens de staat Israël. Veel Hezbollahstrijders hebben dan ook hun training vanuit Iran ontvangen. Inmiddels bezit Hezbollah de grootste krijgsmacht van Libanon. Onder deze strijders worden overwinningen op de Israëli gevierd. Hezbollah werd in de afgelopen jaren vooral in een ander buurland ingezet. Toen het regime van Assad Syrië dreigde binnen te vallen, snelde Hezbollah te hulp. Door deze samenwerking is de invloed van Iran nu zeer reëel in de noordflank van het Midden-Oosten.
Met het vertrek van de Amerikanen lijkt een landbrug er dus te komen, met als gevolg dat existentiële bedreiging voor de staat Israël nu reëel wordt
Karim Sadjadpour van Carnegie Endowment for International Peace: “De potentiële val van Assad in Syrië was een existentiële bedreiging voor zowel Iran als Hezbollah.” Terwijl Rusland de luchtmacht vormde van Assad, waren de strijders van Hezbollah en Iraniërs de boots on the ground. De gedisciplineerde en strijdlustige mannen wonnen op veel plaatsen de gevechten tegen IS, waarmee de invloed van Iran in zowel Syrië als Irak is toegenomen en de landcorridor bijna compleet. Iran blijft overigens volhouden dat ze geen militaire aanwezigheid heeft in Syrië. Het land stelt dat er alleen adviseurs, op verzoek van het Assad-regime, aanwezig zijn in het gebied.
De Iraanse dreiging is volgens belangrijke denktanks reëel, stelt Karim Sadjadpour in Bitter Rivals: “Iran heeft een regionale ambitie: een landroute van Teheran naar de Middellandse Zee. Dat betekent: tot aan de grens met Israël.” Met het vertrek van de Amerikanen lijkt een landbrug er dus te komen, met als gevolg dat existentiële bedreiging voor de staat Israël nu reëel wordt. Het Israëlische leger bewijst nog altijd het sterkste te zijn in de regio en de Israëlische gevreesde geheime dienst, de Mossad, is nog altijd zeer actief in buurlanden. Toch moet er op politiek niveau ook hulp gezocht worden. Netanyahu zal daarom naar verwachting steeds meer in het buitenland te vinden zijn om steun te zoeken.