Als Groninger een woning in aardbevingsgebied kopen: schaamte of een mooi investeringsplan?

1 augustus 2023, 19:03

Kan het duurzaam bouwen of versterken van een huis de scheuren in het Groninger toekomstperspectief een halt toe roepen? In Appingedam en Overschild delen twee Groningers hun verhaal.

Leestijd:

5 Min

‘Herrijzend uit verval, ieder die het weten zal’. De levensgrote bakstenen letters zijn gemetseld in een van de vele aardbevingsbestendige huizen in Appingedam. Met elke stap in de richting van het oude stadcentrum lijken gebouwen ouder en kwetsbaarder te worden. Het Damsterdiep, dat als slagader door het centrum loopt, wordt letterlijk overbrugd, bevaren met bootjes en omringd door panden uit de zeventiende en achttiende eeuw.

Een pand dat opvalt vanwege zijn karakteristieke uitstraling met groen en rood geruite luiken wordt sinds vier jaar bewoond door Marnick Joustra (27). Eerst huurde de geboren Appingedammer de bovenste twee verdiepingen, tot hij het pand vol scheuren vorig jaar februari kocht. 

Albert Groenwold (58) bevindt zich juist in de afrondende fase van zijn nieuwbouwwoning. “Ik ben hier prima geland”, zegt Groenwold, die ook in Appingedam geboren is. Na veel onduidelijkheden in het schadeherstelproces van zijn voormalige woning in Wirdum, waar Groenwold en zijn vrouw vijftien jaar hebben gewoond, zijn ze sinds drie maanden verhuisd naar Overschild. Doordat negentig procent van de huizen hier in aanmerking komt voor sloop-nieuwbouwprojecten, zal de komende jaren een bijna volledig nieuw dorp uit de grond gestampt worden. 

Een ‘onophoudelijke procesmatige strijd’

“Op den duur wordt het gewoon een soort onderdeel van je leven”, zegt Joustra, twaalf jaar nadat hij de eerste aardbeving meemaakte. Groenwold kan zich de zware bevingen in Huizinge (2012) en Zeerijp (2014) nog goed herinneren. “Dan hoorde je het huis ook kraken”, vertelt hij. De bevingen zelf, die Groenwold momentopnames noemt, leveren de twee Groningers geen stress meer op, maar alle ups and downs van een ‘onophoudelijke procesmatige strijd’ des te meer

‘’

Tuurlijk ben je blij met je nieuwe huis, maar we hebben wel elf jaar allemaal shit gehad

Groenwold liet zijn toenmalige woning in 2015 herstellen en verbouwen, maar door het uitblijven van een aardbevingsnorm hing hem de onzekerheid van sloop of verdere versterking boven het hoofd. “Ons huis zat niet in de categorie met de hoogste prioriteit, waardoor we op de reservebank kwamen te zitten,” legt Groenwold uit. “En daar zaten wij absoluut niet op te wachten.”

“Dat was iets waar ik in het begin tegenop zag, maar je leert ook wel weer van zo’n proces”, zegt Joustra over de regelingen die hij moest treffen met de Nationaal Coördinator Groningen en het Instituut Mijnbouwschade Groningen. “Zeker omdat ik in de gemeenteraad zit, wilde ik weten hoe dat allemaal werkt voordat ik er ook zelf wat aan kan doen.”

Inmiddels heeft Joustra ‘wokkels’ (dertig centimeter lange ijzeren spiraalankers) dwars in de gescheurde muren laten plaatsen om ze bij elkaar te houden. “Die scheur kunnen ze niet meer zien”, zegt Joustra. Hij had de keuze om schade te herstellen of te laten uitkeren, maar sinds de uitkomst van de parlementaire enquête ligt deze regeling stil. Daarom herstelt Joustra, die gemiddeld vijf maanden op het Instituut Mijnbouwschade Groningen (IMG) moet wachten bij een nieuwe schademelding, de scheuren op eigen kosten.

“Je moet wachten op instanties die bepalen wanneer jij wel of niet aan de beurt bent en wat de spelregels zijn”, zegt Groenwold. Hij kijkt met verbazing en soms ook afschuw terug op de afgelopen elf jaar. “Er zijn mensen die zeggen: ‘wat zeur je nou, je hebt toch een nieuw huis?'”, vertelt Groenveld. “Dat is makkelijk praten als je het niet zelf doorgemaakt hebt.”

Hij vergelijkt het met een auto-ongeluk dat iemand anders veroorzaakt, maar waarbij jij je been breekt. “Ben je dan blij dat je na een half jaar revalideren weer kan lopen en het overleefd hebt, of ben je blij omdat de verzekering voor jou een nieuwe auto heeft betaald?”, vraagt Groenwold zich af. “Dat is met dit huis en deze situatie ook. Tuurlijk ben je blij met je nieuwe huis, maar je hebt wel elf jaar allemaal shit gehad.”

Praktische drijfveren

Ondanks stroperige processen zagen Joustra en Groenwold het verlaten van Groningen nooit als serieuze optie. Hun sociale omgeving is een belangrijke drijfveer geweest om binnen het aardbevingsgebied te blijven wonen. “Hier heb ik overal hele korte lijntjes met iedereen”, zegt Joustra. 

Daarnaast speelde zijn baan als CDA-raadslid bij gemeente Eemsdelta (een fusie tussen gemeenten Appingedam, Delfzijl en Loppersum) een belangrijke rol bij zijn besluit. “Ik werk bij de gemeenteraad”, legt Joustra uit, “dus als ik de gemeente uit ga, ben ik mijn baan ook kwijt.” 

Ook Groenwold heeft zijn baan laten meewegen. Hij woont op een kwartier afstand van zijn werk in Delfzijl, maar een verhuizing buiten aardbevingsgebied zou zijn reistijd verdrievoudigen. Daar had hij naar eigen zeggen ‘niet zo’n trek in’.

Een ‘mooi investeringsplan’

Met het bouwen van een aardbevingsbestendig huis zag Groenveld perspectief terugkeren. “Dat is vooral een psychologisch gevoel waarbij we weer aan het stuur kwamen te zitten”, zegt hij. “Als je in zo’n afhankelijke situatie zit, voelt dat op een gegeven moment niet meer goed.”

Albert Groenwold zit in de afrondende fase van zijn aardbevingsbestendige nieuwbouwwoning in Overschild
Albert Groenwold zit in de afrondende fase van zijn aardbevingsbestendige nieuwbouwwoning in Overschild

De thermisch verduurzaamde houten buitenkant en muren die bestaan uit natuurlijke materialen als leem (een mix van zand en klei), gevuld met stro als isolatie, geven het huis van Groenwold een rustige en warme uitstraling.

Naast duurzaamheid heeft leem als bouwmateriaal ook een praktische eigenschap bij het herstellen van schade. “Als de stukadoor het vochtig maakt, wordt het weer smeuïg en zou je de scheuren kunnen repareren”, zegt Groenwold. “Dan droogt het en heeft de muur weer zijn sterkte.”

Vanwege voordelige subsidies wil Joustra zijn woning ook graag duurzaam versterken, maar een keerzijde van dit ‘mooie investeringsplan’ is dat zijn huis onder het beschermde stadsgezicht van Appingedam valt. “Daardoor zit ik in een pand waaraan je bijna niks kan doen qua verduurzaming”, zegt Joustra. Hij mag geen zonnepanelen op zijn dak plaatsen en zijn muren alleen van de binnenkant kan isoleren. “Dat hebben we nu beneden gedaan, maar dan lever je 21 centimeter per muur in”, zegt Joustra. “Dat is best wel heftig.”

Toch wil hij doorgaan met verduurzamen, al hij kijkt ook naar het financiële plaatje. “Dit jaar ben ik alleen al aan het verbouwen en verduurzamen twintigduizend euro kwijt, maar dan ben ik er nog lang niet.”

‘’

Achteraf blijkt dat we een soort allriskverzekering hebben gehad

Scheve gezichten

“Ik kan nu gelukkig allerlei schade herstellen doordat ik tussen de zeventig en tachtig uur per week werk”, zegt Joustra, die naast gemeenteraadslid ook regiocoördinator is bij Univé Noord-Nederland. Hij heeft het gevoel dat hij meer moet werken en verdienen om ‘alle drama’ op te kunnen lossen. “Als ik veertig uur werkte, weet ik zeker dat ik had moeten wachten tot de NCG een oplossing kon bieden. Daar zitten denk ik heel veel mensen in.”

Ook Groenwold ziet een enorme ongelijkheid tussen gedupeerden. “Achteraf blijkt dat wij een soort allriskverzekering hebben gehad, want wij hebben een nieuw huis gekregen”, zegt hij. “Maar er zijn ook mensen die helemaal niets krijgen, of ze krijgen de dagwaarde terug.” Het zorgt volgens Groenwold voor scheve gezichten in het dorp en schaamte als hij omwonenden zonder perspectief bij hem thuis uitnodigt. “Zolang er nog geen recht gedaan is aan alle mensen die nog niet geholpen zijn, is dat hier in deze regio nog een groot ding.”

Steun Red Pers

Je las dit artikel gratis, maar dat betekent niet dat het Red Pers niets heeft gekost. Wij bieden jonge, aspirerende journalisten een podium én begeleiding. Dat kunnen we nog beter met jouw steun. Die steun komt met twee voor de prijs van één, want onze sponsor matcht jouw donatie. Geef jij ons vijf euro? Dan ontvangen wij een tientje.

Over de auteur:

Jeroen Grooten (1998, hij/hem) studeert Journalistiek aan de Rijksuniversiteit Groningen. Vanwege zijn achtergrond in economie, religiewetenschappen en Midden-Oostenstudies is hij gefascineerd door Islamitische cultuur en geopolitiek van de Golfregio, maar bij Red Pers zoekt hij naar ontwikkelingen dichter bij huis.

Lees ook:

Zoeken

Nieuwsbrief

Elke drie weken houden we je op de hoogte van wat we schreven en wat we lazen in de Red Pers-nieuwsbrief.

Doneren

Wij bieden jonge, aspirerende journalisten een podium én begeleiding. Dat kunnen we nog beter met jouw steun. Die steun komt met twee voor de prijs van één, want onze sponsor matcht jouw donatie. Geef jij ons vijf euro? Dan ontvangen wij een tientje.